Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

‘Kinderen moeten gezonde gewoontes aangeleerd krijgen’

Pubers van nu leven in een luilekkerland. Er is altijd en overal eten. Kunnen ouders dan nog wel een gezonde opvoeding meegeven? Tijdens het debatcafé ‘Wie beslist wat je eet?’ van het Voedingscentrum, gingen pubers hierover in discussie met ouders en leraren onder toeziend oog van experts. ‘Leerlingen komen braaf met de fiets naar school, maar alle leraren komen met de auto.’ ‘Krijgen we boterhammen mee: is het witbrood met chocoladepasta!’ De pubers van het Hofstad Lyceum in Den Haag geven hun ouders en docenten er vandaag flink van langs.



Onder leiding van Arthur Noordhuis van het Debatinstituut reageren beide partijen op stellingen als ‘Als kinderen ongezond leven, is dat de schuld van de ouders’ en ‘De vrije keuze om gezond te leven is een illusie’.

Een harde dobber voor de opvoeders, die dan ook flink in de verdediging schieten. Allemaal willen ze wel iets zeggen over hoe moeilijk het is om dwarse jongeren nog iets bij te brengen: ‘Zo gauw jullie naar de middelbare school gaan, luisteren jullie gewoon niet meer’.

Omgeving versus vrije wil

Gelukkig zijn er experts aanwezig om een aantal misverstanden op te helderen. Hoogleraar Gezondheidspsychologie Denise de Ridder licht toe dat we veel voedselkeuzes onbewust maken. Hier kun je gebruik van maken door bijvoorbeeld de schoolkantine zo in te richten dat leerlingen met zachte hand naar de gezonde broodjes worden geleid. ‘We kunnen nog veel leren van reclamemakers om gezond eten te promoten’.

Krispijn Faddegon van de Wetenschappelijke Raad van het Regeringsbeleid snapt wel dat opvoeders niet altijd zelf het goede voorbeeld geven: ‘Ook ouders vinden het lastig om genot op dit moment in te ruilen voor een latere beloning, zoals een gezonde oude dag.’ Laurent de Vries, directeur van GGD Nederland, beseft dat de omgeving niet meewerkt: ‘Er gaat zoveel meer geld om in marketing, dan in voorlichting. Vroeger kende we geen Red Bull. Nu is het een miljoenenmarkt.’

Toch ziet Jan Latten van het CBS er niets in om alle schuld dan maar buiten onszelf te leggen: ‘We zijn geen hondjes. We hebben hersenen gekregen om beslissingen te maken’. Latten vindt dat er een schone taak is weggelegd voor ouders om hun kinderen gezond te leren leven en voor de hele samenleving om zichzelf te beperken. Een oplossing is volgens De Ridder en Faddegon om niet de verleiding zijn werk te laten doen, maar te zorgen dat je kinderen vaste gezonde gewoontes aanleert.

Bron: Voedingscentrum

Publicatiedatum: