De aankomst in de haven van Castellón van twee schepen met ongeveer 3.000 ton sinaasappelen uit Egypte begin januari, midden in het lokale seizoen, baarde de Spaanse telers zorgen. Ze verzochten de autoriteiten onmiddellijk om de controles in de havens en in de opslag aan te scherpen en de naleving van de regelgeving te garanderen.
Het Valenciaanse ministerie van Landbouw reageerde door een inspectieplan aan te kondigen om het heretiketteren en de frauduleuze verkoop van het fruit als Valenciaans product, wat illegaal is, te voorkomen. Sindsdien werden er 375% meer inspecties uitgevoerd en volgens de gewestelijke minister van Landbouw, José Luis Aguirre, zijn er geen onregelmatigheden gedetecteerd.
Aguirre, die een ontmoeting had met Rubén Ibáñez, de voorzitter van de haven, stelde dat het gros van de inspecties in de citrusmagazijnen gunstig was, met slechts enkele kleine defecten in de etikettering. Zowel Aguirre als Ibáñez onderstreepten hun gezamenlijk engagement om de Valenciaanse tuinbouw en citrusteelt te verdedigen.
Aguirre prees de afschaffing van bonificaties voor de import van citrus door PortCastelló, maar drong erop aan dat de oplossing vanuit Europa moet komen. Hij pleitte voor wederkerigheid in de handelsbetrekkingen en beschouwde de vermindering van de bonificaties als een stap, zij het symbolisch.
Aguirre reageerde op de kritiek van agrarische organisaties over het gebrek aan steunmaatregelen voor de sector, door aan te geven dat het ministerie werkt aan het verminderen van de bureaucratie. Hij had het daarbij onder meer over de afschaffing van het digitale logboek.