Minder schadelijke organismen bij EU-import
Bij de meerderheid van de meldingen kwam de aanvoer volgens het rapport uit de herkomstlanden Ghana, Oeganda, Laos, Bangladesh, Kenia, Uruguay en Thailand. Ongedierte werd vooral op groenten en fruit, maar in beperktere mate ook op houten verpakkingsmateriaal, snijbloemen en plantmateriaal gevonden. Bij groenten en fruit waren vooral paprika's, citrus, mango's, aubergines, basilicum, sopropo en komkommers getroffen. De meest voorkomende schadelijke organismen waren niet-Europese fruitvliegen en witte vliegen.
In 2015 namen volgens het rapport de problemen bij paprika's en citrus toe, vooral door de aantasting door de schadelijke mot Thaumatotibia leucotreta in Afrika en een uitbraak van zwarte vlekkenziekte bij citrus in Uruguay. Bij alle andere producten nam het aantal meldingen van schadelijke organismen af, wat de Europese Commissie onder andere toeschrijft aan een verbeterde dialoog met de handelspartners. Van een duidelijke stijging van het aantal meldingen was sprake bij niet-conforme houten verpakkingen.
Ook het aantal foutieve of ontoereikende documenten en het aantal inadequate certificaten nam toe. Bovendien had de Europese instantie kritiek op de nog steeds lange verwerkingstijden van meldingen (elf werkdagen). Hierbij is men nog ver verwijderd van de in de EU-wetgeving gevraagde twee werkdagen.