Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

Agro-industrie kan wereldvoedselproblematiek door samenwerking met hightech industrie tackelen

De Nederlandse agrotechnische industrie staat wereldwijd op eenzame hoogte en is in productie-efficiency vijf maal beter dan het Europese gemiddelde. In 2011 leverde deze industrie Nederland 72,8 miljard exportinkomsten op, het een na grootste voedsel-exporterende land ter wereld. Toch kunnen de topsectoren Agro & Food en Tuinbouw & Uitgangsmaterialen nog beter presteren als ze over de grenzen van hun sectoren heenkijken: naar de Nederlandse High Tech Systemen & Materialen (HTSM). In het – vandaag gepubliceerde - sectorrapport ‘Made in Holland in het kwadraat’ van ABN AMRO wordt gesproken van ‘een perfect fit’ in de combinatie van de drie genoemde Nederlandse topsectoren. “Samenwerken tussen land- en tuinbouw en hightech industrie in Nederland zorgt voor een versnelling van de innovatie in de Nederlandse agro-industrie en verbetert haar concurrentiepositie wereldwijd. Hierbij wordt tevens een belangrijke bijdrage geleverd aan de toenemende vraag naar voedsel” aldus Wilbert Hilkens, sector banker Agri binnen ABN AMRO.

De opstellers van het rapport werkten nauw samen met de brancheorganisaties Federatie Agrotechniek en de NEVAT, het netwerk van industriële toeleveranciers. Uit het rapport blijkt dat binnen de negen topsectoren die de Nederlandse overheid heeft gedefinieerd kennis en deskundigheid wordt uitgewisseld, maar nog weinig tussen deze sectoren. En uit juist die intersectorale samenwerking is nog heel veel winst te behalen.

Nieuwe impulsen nodig

Zowel agrotechnische bedrijven als hightech toeleveranciers gaan profiteren van een vergaande samenwerking tussen deze sectoren. Een samenwerking die hard nodig is. Zo staan de land- en tuinbouw voor de opgave om een sterk groeiende wereldbevolking – van 7 miljard mensen nu naar 9,2 miljard in 2050 – van voldoende, gevarieerd voedsel van goede kwaliteit te voorzien. En dat in een situatie waarin al tekorten bestaan aan agrarische grondstoffen. Het betekent dat agrobedrijven wereldwijd behoefte hebben aan innovatieve oplossingen om de productiviteit verder te verhogen en verspilling in voedselketens te reduceren. In de komende jaren groeien de investeringen in tractoren & landbewerkingsapparatuur, stallen, kassen, e.d. met 6,7% per jaar tot 173 miljoen dollar in 2016. Maar ook het voorkomen van verspilling is een enorme uitdaging. McKinsey becijfert die wereldwijd op circa 180 miljard dollar per jaar, wat bij ongewijzigd beleid in de komende jaren oploopt tot 300 miljard dollar. In Nederland alleen al, gooien we jaarlijks voor 4,4 miljard euro aan voedsel weg.

Alle zeilen bijzetten

Om deze enorme opgaves aan te kunnen, moet de agro-industrie alle zeilen bijzetten. Niet alleen om de vraag voor te blijven, maar ook om de dunne marges te bestrijden. Het ontwikkelen van innovatieve technologie die productiviteit verhogend werkt, duurzaamheid bevordert en zo de concurrentiepositie verbetert kost veel geld. Geld dat er door de dunne marges niet is. Door niet zelf het wiel telkens uit te vinden, maar samen te werken met de HTSM-sector, zijn sneller innovaties te verwachten, zo stelt Hilkens.

Ontwikkelingen

Er zijn een aantal ontwikkelingen waaraan de HTSM-sector versneld kan bijdragen. Een belangrijke efficiencywinst is te behalen met ‘precision farming’, zowel in de landbouw als in de veeteelt. Gerichter voeren, bemesten of beregenen scheelt tijd, geld en milieu. In kassen is het nu al mogelijk om de benodigde brandstof en water met 90 procent te reduceren. Zo zijn er al camerasystemen die het groeitraject van individuele varkens monitort en gericht bijvoederen mogelijk wordt.

Maar ook dervingsbeperking is een factor. Door sensoren mee te verpakken in voedsel kunnen veel preciezere houdbaarheidstermijnen worden gegeven. En wordt minder voedsel verspild. In de verpakkingen is ook nog veel winst mogelijk als de agrotechnici samenwerken met bedrijven als DSM of Dow aan duurzamere verpakkingen die voedsel langer vers houden. Voor engineers is nog heel veel winst te behalen om de hoeveelheid voedsel die verloren gaat tussen ‘zaadje en karbonaadje’ te reduceren. Ook gentechnologie is een belangrijke factor voor verbetering. Inzicht in de genetische eigenschappen van planten en dieren geeft snel duidelijkheid over de wijze waarop ze zich kwalitatief zullen ontwikkelen.

Eigen boontjes doppen

Op dit moment is het echter nog zo dat het gros van de agrotechnische bedrijven veel ‘binnenshuis’ doet. Veel van de industrie bestaat uit werktuigbouwers en systeemleveranciers die gewend zijn hun eigen boontjes te doppen. Hilkens: “Wij hebben gesprekken gevoerd met deze bedrijven en daaruit is gebleken dat in zijn algemeenheid ketenintegratie en –optimalisatie nog in de kinderschoenen staan. Dus zijn er nog veel bedrijven die hun eigen metaalbewerking doen en daar kostbare apparatuur voor in huis hebben, terwijl de hightech industrie om de hoek zit en dat veel beter en goedkoper kan.”

Maar er zijn ook koplopers die al wel inzien dat de samenwerking met strategische leveranciers die, ook nog eens goedkoper, technologieën en processen leveren die ze zelf niet – meer – in huis hebben. Ze ontwikkelen zich als system integrators die precies weten wat hun klanten willen, de kerntechnologie ontwikkelen en de overige technologie elders inkopen, zoals servomotoren, koelingen, ventilatoren of voersilo’s. David Kemps, sector banker Industrie bij ABN AMRO stelt dat deze hightech toeleveranciers door de system integrators in de agrotechnische industrie worden uitgedaagd om met hen mee te denken om nóg betere oplossingen te bieden. “Printplaten die moeten functioneren in een stoffige, vochtige atmosfeer waarin soms chemische stoffen en ammoniak zitten, moeten extra robuust worden uitgevoerd. Dan heb je dus niet het standaardproduct van een toeleverancier nodig, maar een printplaat die in een ruige omgeving blijft functioneren.”

Over de schutting kijken

Sectoren kunnen leren door over de schutting te kijken, stelt Hilkens. “Daar gaat ABN AMRO hen bij helpen. Met dit rapport, maar ook door bedrijven uit de verschillende topsectoren actief bij elkaar te brengen en ze te helpen de voordelen van samenwerking te leren. Onder andere door succesvolle cases praktijkcases te presenteren”. Zo zal de NEVAT in samenwerking met ABN AMRO begin 2013 een ‘Agro & Food meets HTSM-dag’ organiseren om ondernemers van de topsectoren met elkaar in contact te brengen.

Het volledige rapport HighTech Agrosystems ‘Made in Holland in het Kwadraat’ is te downloaden via www.abnamro.nl/sectoren

Publicatiedatum: