BIJ12 gebruikt vanaf nu de KWIN-prijs van het gewas als basis voor het vaststellen van een tegemoetkoming bij faunaschade. Fruit is hiervan uitgezonderd, omdat daar geen KWIN-prijs voor beschikbaar is. Voor het nemen van preventieve maatregelen blijft de standaardopbrengst leidend.
© NFO
Faunaschade bij peren
Gewassen worden voor de standaardopbrengst ingedeeld in drie categorieën: laag, midden en hoog. Alle fruitgewassen vallen in de categorie 'hoog'. Dit betekent dat minimaal twee preventieve maatregelen verplicht zijn om in aanmerking te komen voor een tegemoetkoming bij faunaschade. Voor hoog salderende gewassen is bovendien een deugdelijke raster vereist bij schade door zoogdieren.
Minimaal twee effectieve maatregelen
Om schade te voorkomen, moeten voor midden en hoog salderende gewassen minimaal twee effectieve maatregelen worden genomen. Voor laag salderende gewassen geldt dit alleen binnen de kwetsbare periode: voor granen tot fase van aarvorming en voor mais tot het 5e bladstadium.
Voor de provincie Zeeland geldt een uitzondering: bij laag salderende gewassen binnen de kwetsbare periode is slechts één preventieve maatregel nodig. Maar BIJ12 waarschuwt: "Ga altijd na of het gebruik van deze middelen in uw situatie is toegestaan, er kan een omgevingsvergunningsplicht voor een flora- en fauna-activiteit gelden."
Nieuwe maatregelen
De maatregelen zelf veranderen niet. Voor Limburg komen ook schadepreventiemaatregelen uit de oude Fauna Preventie Kits (FPK's) in aanmerking voor een tegemoetkoming. Daarnaast kunnen nieuwe maatregelen uit de actuele FPK's, zoals birdalerts en drones, worden ingezet. De FPK's die gelden vanaf 1 november 2024 zijn beschikbaar naast de oude FPK's die tot 31 oktober 2024 van kracht waren.