Hevige voorjaarsregens en een vertraagde aanplant hebben ervoor gezorgd dat aardappeltelers in het zuiden van Estland te maken hebben met een oogst die slechts de helft is van de normale grootte. De opbrengsten verschillen per teler, maar blijven onder de verwachtingen, aldus Rasmus Kolberg, bestuurslid van de aardappelcoöperatie Eestimaa Kartul.
"Onze mensen zijn nog niet echt met de oogst begonnen," verklaarde Kolberg. "We hebben nog geen compleet beeld, maar het is zeker dat de oogst slechts half zo groot is als gepland."
In Zuid- en Centraal-Estland zorgde langdurige regenval in het voorjaar voor problemen met de kieming en verspreidde Phytophthora zich op velden die te nat waren om te behandelen. Eestimaa Kartul, met acht leden van de gemeente Jõgeva tot Veriora, meldt vochtgerelateerde problemen over de hele linie. Kolberg zegt dat sommige telers na een reeks slechte jaren, verder verergerd door marktonzekerheid en vergrijzing van telers, stoppen met de aardappelteelt.
Het aanbod van aardappelen in Estland, dat al rond de 50% ligt, zal waarschijnlijk verder afnemen. "Wanneer telers meer geld eisen, vervangen winkels lokale aardappelen door import," merkte Kolberg op. "Op dit moment is het lastig: de portemonnee van de consument is leeg en winkels slagen erin om producten in de schappen te houden terwijl de prijzen niet stijgen." Hij voegde eraan toe dat de winkelprijzen gelijk zijn gebleven ondanks de hogere teeltkosten en dat "de situatie voor aardappeltelers in de loop der tijd alleen maar moeilijker is geworden."
In de provincie Võru beschreef biologische teler Alo Abiline van Leese Mahe een bijna totale mislukking van de oogst. "Verschillende factoren spelen een rol, maar de belangrijkste was de koudere lente, die het planten met twee weken vertraagde," legde hij uit. Door de aanhoudende regen waren de velden te nat voor tractorwerk, en kwam Phytophthora in opmars voordat de knollen zich volledig konden ontwikkelen. "We hebben momenteel pootaardappelen en kleine aardappelen, maar bijna geen verkoopbare," aldus Abiline. Ondanks de tegenslag is hij vastbesloten door te gaan: "De vraag is erg groot. Ik heb elk jaar een tekort. In Zuid-Estland is er vraag naar biologische lokale producten van kinderopvanginstellingen. Ik geef niet op."
In Centraal-Estland zijn de omstandigheden iets beter, hoewel de oogstvertraging oploopt door de natte grond. Teler Kalle Hamburg uit de gemeente Kehtna zegt dat de testrondes goede resultaten laten zien, maar regen en vroege vorst blijven zorgwekkend. "Ik heb het nog niet opgegeven, maar als het gaat vriezen, heeft het geen zin om te oogsten," legde hij uit, verwijzend naar de voorspellingen van vroege vorst begin oktober. Hij voegde eraan toe dat door de beperkte oogstperioden weinig tijd overblijft om de gewassen veilig te stellen.
Hamburg wees ook op de voortdurende financiële uitdagingen. "Er was een jaar waarin de groothandelsprijs in de winkels zeven cent per kilo was en de productiekosten 15 cent," herinnerde hij zich. "Als aardappelen je enige bron van inkomsten zijn, houd je het niet lang vol."
Bron: err news
