De komende jaren zullen weggebruikers in Nederland onvermijdelijk meer hinder ondervinden van onderhouds- en renovatiewerkzaamheden aan infrastructuur. Dit gaat voor ondernemers zeker problemen opleveren, maar kan ook kansen bieden. 'We begrijpen de frustraties uiteraard,' zegt Paul Poppink van TLN. 'Maar dit is misschien ook een goed moment om in gesprek te gaan om je organisatie toekomstbestendiger te maken.'
© TLN
De situatie is urgent. TLN heeft een wensenlijst met verbeterpunten op het hoofdwegennet, maar inmiddels is vrijwel alle beschikbare rijksfinanciering verschoven naar onderhoud en renovatie. Bruggen, tunnels en viaducten naderen het einde van hun technische levensduur. Bovendien zorgen klimaatverandering en verwaarloosd onderhoud uit het verleden voor extra druk. 'We zijn momenteel al blij als we het huidige kwaliteitsniveau van de infrastructuur kunnen behouden,' aldus Poppink.
Moeilijker uitvoerbaar
Ondernemers ervaren de gevolgen nu al en de statistieken vertellen hetzelfde verhaal. De filedruk ligt inmiddels boven het niveau van 2019, het laatste pre-coronajaar. Tegelijkertijd groeit de capaciteit op het wegennet niet mee. Daar komen de gevolgen van de vele werkzaamheden nog bij. Door personeelstekorten en beperkte beschikbaarheid van materieel zijn werkzaamheden steeds moeilijker uitvoerbaar tijdens rustige momenten als weekenden en nachten. 'Het Nederlandse model van werken in de luwte komt onder druk te staan,' zegt Poppink. 'We gaan onherroepelijk richting langere, intensievere projecten, soms zelfs midden op de dag.'
De manier waarop werkzaamheden worden uitgevoerd, verandert. Waar eerder werd gekozen voor kort en hevig afsluiten, wordt dat steeds vaker langer en ingrijpender. 'Het ideaal van Rijkswaterstaat om in één keer de boel volledig af te sluiten en snel af te ronden, staat onder druk,' zegt Poppink. 'Door het tekort aan mensen en materieel kunnen veel werkzaamheden alleen nog over langere periodes worden uitgesmeerd. Dat betekent dus langer hinder voor weggebruikers.'
Kort tevoren bekend
Informatievoorziening blijft een uitdaging. Rijkswaterstaat werkt lang van tevoren aan ruwe jaarplanningen, afgestemd met gemeenten, provincies en andere wegbeheerders. TLN ontvangt deze globale planningen vroegtijdig en deelt ze op hoofdlijnen met leden. Definitieve data worden echter vaak pas kort tevoren bekend. Specifiekere informatie is te vinden via bronnen als Rijkswaterstaat, VanAnaarBeter, Nationaal Dataportaal Wegverkeer (NDW) en regionale platforms zoals Zuid-Holland Bereikbaar. Poppink: 'Ons kaartje bij dit artikel geeft een indicatie van grote projecten, maar is nooit helemaal volledig. We laten gedetailleerde communicatie bewust bij de wegbeheerders.'
Het kaartje is dus vooral bedoeld als een hulpmiddel, niet als een totaaloverzicht. TLN beschikt simpelweg niet over de capaciteit om alle geplande werkzaamheden te volgen en in kaart te brengen. 'Wij signaleren de grootste ingrepen en delen die. Maar het is belangrijk dat ondernemers ook zelf hun bronnen checken,' zegt Poppink. Daarbij hoort ook het volgen van de officiële communicatiekanalen en het inschakelen van routeplanningstools die gebruikmaken van actuele data.
TLN kan bijsturen
De provincie Zuid-Holland vormt momenteel het epicentrum van de werkzaamheden, aldus Poppink. De Papendrechtse brug (N3) en de Algerabrug in de Krimpenerwaard zijn illustratieve voorbeelden. Voor de Papendrechtse brug wordt nu al intensief overlegd met stakeholders om scenario's uit te werken. De belangen van wegvervoerders botsen daar soms met die van andere gebruikers, zoals de scheepvaart. Poppink: 'We hebben invloed, maar niet alles is maakbaar. Soms krijgen we niet onze voorkeursvariant.' Toch kan TLN in veel gevallen wél bijsturen. De herinrichting van de Haringvlietbrug is daar een goed voorbeeld van. 'Daar zijn rijstroken versmald in plaats van afgesloten, op voorwaarde van een snelheidsbeperking. Zo bleven er vier rijstroken beschikbaar. Ook voor exceptioneel transport werd na onze tussenkomst een oplossing gevonden.'
Verantwoordelijkheid nemen
De sector zelf speelt ook een rol. Soms gaat het daarbij mis, zoals bij het viaduct bij Purmerend (A7). Daar ging ondanks gewichtsbeperkingen toch zwaar verkeer overheen. 'Dat schaadt niet alleen de infrastructuur, maar ook de veiligheid en het imago van de sector,' zegt Poppink. Daartegenover staan positieve voorbeelden: vervoerders die hun ritten tijdelijk herverdelen, andere vestigingen inzetten of zelfs overschakelen op intermodaal vervoer en zo wél hun verantwoordelijkheid nemen. 'Zoiets lukt niet altijd, maar het loont om de mogelijkheden te verkennen.' Een voorbeeld: rondom de werkzaamheden aan de Papendrechtse brug sprak TLN met een ondernemer die tijdelijk voertuigen op een andere locatie inzet. Of die met klanten in gesprek gaat om leveringen anders te plannen. Poppink: 'Soms betekent dat ook: samenwerking zoeken met collega-vervoerders, of kijken naar binnenvaartopties als er een terminal in de buurt is. Niet elke oplossing past bij elk bedrijf, maar je kunt meer dan je denkt.'
Inhaalslag noodzakelijk
Poppink onderstreept dat het onderhoud onvermijdelijk is. 'We hebben te maken met een infrastructuur van 40 tot 60 jaar oud. Door achterstallig onderhoud is een inhaalslag noodzakelijk.' Zijn boodschap aan ondernemers die hopen dat het wel meevalt? 'We zitten al boven de filedruk van 2019 en dan moeten de grootste werkzaamheden nog komen. Denk daarom goed na over je processen, ga in gesprek met klanten en collega's en bereid je voor,' zegt Poppink. 'Laat zien wat je als vervoerder doet om leverbetrouwbaarheid en kwaliteit te waarborgen. Misschien ontdek je samen nieuwe of duurzamere werkwijzen die ook ná de hinderperiode waardevol blijven. Dat kan niet alleen operationeel voordeel opleveren, maar ook het onderlinge vertrouwen in de samenwerking versterken.'
Bron: TLN