Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

"Supermarkten en producenten gaan harde prijsonderhandelingen tegemoet"

Voorlopig komt er geen einde aan de prijsstijgingen in de supermarkt. De kosten voor veel voedingsmiddelenproducenten lopen nog op. Nederlandse producenten geven aan dat de verkoopprijs 10 tot 20% omhoog moet om de gestegen kosten te dekken. Dit komt bovenop de ruim 20% prijsverhoging die voedingsmiddelenfabrikanten tot en met eind oktober al doorvoerden. Rabobank voorziet verhitte prijsonderhandelingen tussen supermarkten en de voedingsbedrijven.

Vergeleken met de prijspiek in mei voor de belangrijkste agri-grondstoffen zoals mais, soja, palmolie en suiker en de prijspiek in augustus voor gas liggen de huidige marktprijzen 15% tot 60% lager. Toch hebben veel voedingsmiddelenproducenten nog te maken met een stijging van de kosten. Hiervoor zijn volgens de analisten van de Rabobank vier redenen:

1. Wereldmarktprijzen noteren vaak in dollars
In de afgelopen 15 maanden is de dollar met circa 15% in waarde toegenomen ten opzichte van de euro. De waarde van de Braziliaanse real steeg met 10%. Hierdoor zal een Europese voedingsmiddelenproducent niet ten volle profiteren van eventuele prijsverlagingen.

2. Vertraging in kostenverhoging door lopende leveringscontracten
Voedingsmiddelenproducenten kopen een groot deel  hun grondstoffen en energie op contractbasis. Deze leveringscontracten lopen normaal over 6 tot 18 maanden. De ontwikkelingen in de marktprijs hebben dan op korte termijn nauwelijks invloed op de inkoopprijs. Producenten hebben bovendien verschillende strategieën voor het wel of niet afdekken van hun grondstofinkoop.

3. Indirecte energiekosten komen met vertraging binnen
Veel halffabricaten zoals meel, suiker, zout of sojameel, en verpakkingsmiddelen zoals glas, karton en blik kennen een hoge energie-intensiteit. Ook voor deze ingrediënten, halffabricaten en verpakkingen geldt dat ze vaak op contractbasis worden afgenomen, en dat hogere energiekosten veelal met vertraging aan voedingsmiddelenproducenten in rekening worden gebracht. Hierdoor lopen de inkoopkosten nog steeds op.

4. Hogere consumentenprijsinflatie betekent hogere looneisen
Begin 2022 liepen personeelskosten al op door schaarste op de arbeidsmarkt. De stijging van de loonindex is de afgelopen maanden versneld door de roep om de oplopende inflatie te compenseren. Personeelskosten vertegenwoordigen al snel 10% tot 20% van de totale kosten van een voedingsmiddelenproducent. Deze factor zal de komende maanden dus een rol van betekenis spelen in de kostenstijgingen.

Bron: Rabobank

Publicatiedatum: