In een ideale wereld zou er een vast aantal afvaarten per week in een bepaald vaargebied moeten zijn, dat overeenkomt met het aantal onderliggende diensten dat in dat vaargebied wordt aangeboden. Dit is echter nauwelijks het geval, aangezien vertragingen/vroegtijdige aankomsten van schepen, lege afvaarten en bijladingen de volatiliteit van het aantal afvaarten per week vergroten. Bovendien zijn de schommelingen sterk toegenomen in vergelijking met vóór de pandemie.
Om dit verschijnsel te illustreren, hebben wij de standaardafwijking van de gegevens berekend (in procenten), gezien over een voortschrijdende periode van één jaar van januari 2012 tot januari 2023. Voor Azië-Noord-Amerika-Westkust wordt dit in onderstaande figuur weergegeven.
De volatiliteit, in termen van het aantal schepen dat van week tot week meer of minder vaart is in Noord-Amerika-Westkust drastisch toegenomen. Terwijl het hoogtepunt begin 2021 werd bereikt, beginnen we tegen 2023 een nieuwe fase van voortdurend toenemende volatiliteit te zien. Aan de oostkust van Azië-Noord-Amerika werd het hoogtepunt bereikt in januari 2022, en sindsdien is de volatiliteit weliswaar gedaald en op een iets lager niveau gekomen, maar nog steeds hoger dan in de periode vóór de pandemie.
In Azië-Noord-Europa vertoonde de volatiliteit van het aantal afvaarten sinds 2013 een stijgende lijn, met sterke sprongen begin 2020 en in de zomer van 2021. Begin 2022 was er een scherpe daling, met een volatiliteit die ongeveer 6 procentpunten hoger lag dan in de periode vóór de pandemie. In Azië-Middellandse Zeegebied daarentegen vertoont de volatiliteit een dalende trend, maar ligt zij nog steeds hoger dan in de periode vóór de pandemie.
Voor meer informatie:
Sea-Intelligence ApS
Vermlandsgade 51
2300 Kopenhagen S
Denemarken
info@sea-intelligence.com