Algerije wordt geconfronteerd met een crisis met vele facetten. De urgentie is vooral economisch. Door de recessie, die vorig jaar werd aangewakkerd door de daling van de olieprijzen en verergerd door de coronapandemie, dreigen miljoenen Algerijnen niet meer in staat te zijn fatsoenlijk voedsel op tafel te brengen. De gezinnen zijn getroffen door het besluit van de regering van vorige maand om de subsidies voor basisvoedsel en energieproducten, die meer dan 17 miljard dollar per jaar bedragen, af te schaffen.
De economische tegenspoed wordt steeds meer afgemeten aan het tekort aan een basisproduct: de aardappel. De prijs van aardappelen is op de Algerijnse markt in enkele maanden tijd bijna verdrievoudigd. De aardappel is het symbool geworden van de verslechterende economische situatie van het land, waardoor de woede van de arme gezinnen wordt aangewakkerd en het risico op protesten toeneemt.
De aardappeltelers wezen met de beschuldigende vinger naar de lokale autoriteiten en wezen op twee belangrijke problemen die aan de basis liggen van deze tekorten: wanbeheer van een aanhoudende watercrisis die dramatisch verergerd werd door de schaarse regenval, en de vermindering van bebouwbare grond met 50% door het gebrek aan opslagfaciliteiten.
Bron: worldcrunch.com
