"Amerikaanse retailers op zoek naar appelrassen met "wow-factor"

Tholen – Vroeger was de slagzin: "Met een aparte naam moet het maar goed zijn". Nu met een steeds grotere concurrentie in de top van de appelmarkt gelden dergelijke slagzinnen niet meer en is volgens Steve Lutz van The Perishables Group uit West Dundee in Illinois nu de uitdaging dat een nieuw ras beter dan goed moet zijn. Er zijn nu zoveel tweekleurige appelrassen die met elkaar concurreren ten opzichte van jaren geleden, toen er alleen groene, gele en rode waren. Volgens Lutz is het een marketing uitdaging om de hoge bovengemiddelde middenprijs van $ 2,99 per pond voor de Honeycrisp naar de consument toe te rechtvaardigen. Toen Gala en Fuji werden geïntroduceerd en aan de consument aangeboden was de reactie: ‘Wow, dit is echt anders”.

Nu liggen in de winkelschappen de gekleurde rassen tussen de Golden Delicious en de Granny Smith. Maar volgens Terry Braithwaite van Chelan Fresh Marketing in de staat Washington liggen er straks alleen nog tweekleurige appels in de rekken en wordt voorlichting voor de consument over de verschillende eigenschappen van de rassen belangrijk. Retailers willen het liefst geld verdienen met zo min mogelijk rassen, maar ze zijn ook op zoek naar nieuwe rassen om de interesse van de consument te wekken.

Volgens Randy Steensma van Honey Bear Tree Fruit Co in Wenatchee zijn telers niet gemakkelijk van de waarde van nieuwe rassen te overtuigen en of een ras een verkoop voordeel voor de winkelier oplevert is voor hen niet of van minder belang. De uitdaging voor de retailers is om onderscheid te maken tussen het groeiende aantal bicolor appelrassen. De Pink Lady onderscheid zich door de kleur en de Honeycrisp door de smaak, maar als er nog meer nieuwe rassen komen moeten er oude zoals de Winesap en Red Romes afvallen. Andere goede rassen die terrein hebben verloren zoals de Braeburn en Cameo hebben volgens Steensma te weinig marketing ondersteuning gehad. Het komt neer op promotie en het veroveren van de klant.