Brexit levert uitdagingen op voor automatisering
Onduidelijk is nog wanneer er Londen en Brussel overeenstemming bereiken over de scheidingsvoorwaarden. De aangekondigde transitieperiode tot 31 december 2020 moet volgens Martin dan ook vooral gezien worden als een voorbereidingstijd op de veranderingen. En hoewel dat nog ver weg lijkt, is het maar de vraag of het lukt om in de automatisering alle veranderingen op een goede manier en op tijd te verwerken.
Martin Meacock van Descartes.
Klok tikt verder
De Brit wijst op twee cruciale problemen die opgelost moeten worden. Ten eerste de grens tussen Ierland en Noord-Ierland en de grens tussen Gibraltar en Spanje. Voor beide grenzen is nog geen overeenstemming bereikt. Het enige dat zeker is, is dat de EU niet wil dat er op de Ierse grens een fysieke controlepost komt. Ook met het oog op de geschiedenis is de inzet om de grens op het Ierse eiland zo open mogelijk te houden. "De Britten willen geen onderdeel zijn van de douane-unie en de interne markt. Dat is een red line," schetst Martin de kaders.
Er zijn verschillende mogelijkheden om de grenscontroles en daarmee gepaard gaande douaneformaliteiten in te richten. De ene oplossing heeft meer gevolgen voor de logistiek dan de andere, maar bij alle oplossingen blijft de brandende vraag: is er voldoende tijd om de systemen op orde te krijgen? In principe is de Brexit vanaf 29 maart 2019 een feit, mogelijk met een transitieperiode tot 2021. "Veel systemen kunnen goed met elkaar communiceren, maar geen partij wil stappen zetten, zolang er nog veel onduidelijk is."
Noors model geen oplossing?
Martin illustreert de uitdagingen op automatiseringsgebied met het voorbeeld van het Noorse model. Op de grens tussen Noorwegen en Zweden zorgt een verregaande samenwerking tussen de douanediensten voor een relatief snelle doorstroom van het verkeer. Dat is volgens Martin ook te danken aan de gedeelde cultuur en taal tussen de Noren en de Zweden. Iets dat tussen de Britten en bijvoorbeeld de Fransen veel gevoeliger ligt.
De douanebeambten op de Noors-Zweedse grens werken in beide douanesystemen om de gegevens in te voeren. Op de grens tussen Ierland en Noord-Ierland zou dit nog een optie zijn, maar aan de oostgrens van het Verenigd Koninkrijk wachten onder andere een Belgisch, Nederlands en Deens systeem aan de andere kant van de Noordzee. De Britse douane zou dan in al deze systemen moeten werken. Met de automatisering kunnen de systemen zo ingericht worden dat ze kunnen communiceren, maar daarvoor moet de data wel op dezelfde manier beschikbaar zijn.
Martin adviseert bedrijven om zich te oriƫnteren op welke data nodig is te kunnen blijven handelen. Welke tariefcodes en belastingtarieven gelden en welke andere formaliteiten zijn nodig om te kunnen exporteren naar een land buiten de EU? Een antwoord formuleren op die vraag is een eerste stap in de voorbereiding op de Brexit.
Meer informatie:
Descartes
Martin Meacock
info@descartes.com
www.descartes.com