Consumenten aangeraden om groentenchips met mate te eten

Peter Hauk, minister van landbouw en consumentenbescherming van de Duitse deelstaat Baden-Württemberg, over groentenchips: "Veel mensen die gezondheidsbewust willen eten, zien in groentenchips een goed alternatief voor gebruikelijke aardappelchips. Met het oog op de inhoudsstoffen die door onze levensmiddelscheikundigen in 56 monsters van groentenchips zijn aangetoond, is dat een verkeerde conclusie". Vooral vanwege het zout- en vetgehalte en de aanwezigheid van acrylamide bieden de groentenalternatieven vaak geen voordelen ten opzichte van aardappelvarianten.

Het 'Chemische und Veterinäruntersuchungsamt Stuttgart' (CVUA) heeft in het eerste halfjaar van 2017 in het kader van levensmiddelcontrole groentenchips onderzocht op hun samenstelling, op toegevoegde stoffen, op de aanwezigheid van acrylamide en op ongewenste resten van metalen.

"Groentenchips bestaan voor circa één derde uit vet en leveren circa 500 kilocalorieën per 100 gram. Dit is slechts iets minder dan in de gebruikelijke aardappelchips. Daarmee zijn ze geen gezond alternatief. Ook vanwege het zoutgehalte van gemiddeld 1,5 procent zouden groentenchips alleen een snack voor af en toe moeten blijven", aldus de minister. Bij het kopen van dit product is het in ieder geval verstandig een blik te werpen op de ingrediëntenlijst en de lijst met voedingswaarden. "Er zijn ook producten helemaal zonder vet, die niet gefrituurd, maar gebakken of gedroogd worden zoals appelringen", verklaarde Peter.

Probleemstof acrylamide
"Met name het gehalte aan acrylamide was bij de onderzoeken niet zo mooi. De als 'waarschijnlijk kankerverwekkend bij mensen' gecategoriseerde probleemstof ontstaat bij het verhitten, vooral bij het frituren of roosteren van zeer waterarme levensmiddelen, die suiker en het aminozuur asparagine bevatten", zei de minister. Bij de onderzoeken kwamen grote verschillen tussen de afzonderlijke producten naar voren. Bij acht monsters werd de richtwaarde van 1000 µg/kg die voor aardappelchips is vastgesteld en ter vergelijking werd aangehouden overschreden. Nog eens 18 monsters vertoonden een gehalte tussen de 500 en 1000 µg/kg. "Zoete aardappelen zijn in eerste instantie verantwoordelijk voor het hoge acrylamidegehalte. Het hoogste gehalte aan acrylamide werd vastgesteld in een chips-mengsel van zoete aardappelen, pastinaken en rode bieten. Het gehalte bedroeg hier 1700 µg/kg", zei Peter.

"We zullen de Bund en de deelstaten over onze onderzoeksresultaten informeren. De levensmiddeleconomie moet ook hier minimaliseringsstrategieën ontwikkelen die in het verleden bij producten zoals aardappelchips en friet reeds een grote werking hebben getoond", benadrukte Peter.

Wel goed nieuws is dat het CVUA Stuttgart in geen monster toegevoegde stoffen zoals kleurstoffen, conserveringsmiddelen of zwaveldioxide heeft kunnen vinden. Ook resten van zware metalen werden in geen enkel monster aangetoond.