Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

Samenwerking bramenteelt stopt met schadeclaims over en weer

Vier jaar lang teelde een Spaans bedrijf bramenrassen met een licentie voor een internationaal zachtfruithandelsbedrijf. Na vier jaar kwam er een einde aan de overeenkomst, na gesteggel over een audit voor arbeidsomstandigheden en problemen met een vertraagde oogst. Beide partijen willen nu een schadevergoeding, van elkaar. De Rechtbank Zeeland-West Brabant wees op 17 mei beide claims af.

In de overeenkomst die in 2014 tussen beide partijen gesloten werd, werd bepaald dat de Spanjaarden bepaalde rassen met intellectueel eigendomsrecht erop mochten telen. De planten bleven eigendom van het handelsbedrijf, de oogst van de Spanjaarden. Die moesten de bramen wel exclusief aan het handelsbedrijf verkopen. De Spanjaarden moesten verder de instructies en voorwaarden van het handelsbedrijf volgen.

Arbeidsomstandigheden
Na berichtgeving over vermeende arbeidsmisstanden door Marokkaanse media komt er een kink in de kabel. De handelspartij wil een audit, de Spanjaarden niet. Ondertussen loopt de oogst vertraging op. Na nog eens aandringen op een audit laten de Spanjaarden er zelf een uitvoeren, op eigen kosten.

Uiteindelijk neemt het handelsbedrijf de bramen niet af. De samenwerking stopt. Beide partijen claimen schade. De Spanjaarden willen ruim 220 duizend euro voor niet gekochte bramen en een vergoeding voor verwijdering van de bramenplanten. Het handelsbedrijf wil ruim 34 duizend euro en vindt dat de Spanjaarden te kort zijn geschoten in nakoming van de overeenkomst.

Geen van beide partijen krijgt van de rechtbank gelijk. De Spanjaarden voeren volgens de rechtbank niet genoeg argumenten aan om hun gelijk te krijgen. Het handelsbedrijf krijgt ook geen gelijk, omdat de rechtbank erop wijst dat in de overeenkomst niet was opgenomen dat de Spanjaarden mee moesten werken aan een audit. Wel staat er een passage over het toelaten van mensen op het teeltterrein voor een audit, maar alleen dat is volgens de rechtbank niet genoeg.