Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

Rabo Barometer: stemming in bloemen beter dan in groenten

De stemming in de tuinbouw is het afgelopen kwartaal gedaald. Dat komt voornamelijk door drie oorzaken: de gestegen energiekosten, de virusaantastingen in de tomatenteelt en het personeelsgebrek. Tegelijkertijd blijft de vraag naar tuinbouwproducten op peil. Dat geldt zeker voor de sierteelt.

Dat stelt Rabobank in weer een nieuwe Rabo Barometer, waarin de bank de financiële ontwikkelingen in de tuinbouw een cijfer geeft. Voor het vierde kwartaal van 2021 is dit een 7,1. Daarbij valt het op dat de stemming in de sierteelt en fruitteelt beter is dan in de groenteteelt. Dit is dankzij de goede prijsvorming voor vrijwel alle sierteeltproducten, zoals snijbloemen, potplanten, bollen en bomen. Bij de glasgroenteteelt zijn er zorgen over de sterk gestegen energiekosten en de virusaantasting in de tomatenteelt (ToBRFV). Het kortetermijneffect van de oplopende energiekosten verschilt sterk voor individuele bedrijven.

Vooral energiekosten baren zorgen
In de glastuinbouw is het aandeel van energie in de kosten van bloemen, planten of groenten 10 tot 25%. Er zijn ook telers die geen gas maar aardwarmte, warmte uit biomassa of restwarmte gebruiken. De kosten hiervan hangen indirect vaak (voor een deel) samen met die van gas. Ook bij de in- of verkoop van elektriciteit door glastuinbouwbedrijven speelt de aardgasprijs een belangrijke rol. Dat komt doordat in Nederland een groot deel van de elektriciteit wordt opgewekt met aardgas. Natuurlijk worden zonne- en windenergie belangrijker, maar momenteel is dat in ons land slechts 10% van de elektriciteitsopwekking. De tuinbouw moet de aardgasprijs dus nauwlettend volgen en er goed op inspelen. Het is belangrijk dat iedere ondernemer doorrekent wat de financiële impact is van de hoge gasprijs op de korte en lange termijn.

De kortetermijneffecten van een hogere dagprijs voor aardgas wisselen sterk per bedrijf. Sommige bedrijven hebben er nu niet direct last van, omdat ze de inkoopprijs van aardgas voor een paar jaar volledig hebben vastgelegd. Andere bedrijven worden vrijwel direct geconfronteerd met de hogere dagprijzen, omdat ze alles tegen variabele tarieven inkopen. De meeste bedrijven zitten daar ergens tussenin. Bedrijven met hoge gasprijzen overwegen soms hun kassen leeg te laten staan, maar er moet goed worden nagedacht over de gevolgen. Hun afnemers verwachten in het voorjaar wel product en voor de verzekerbaarheid van de kas moet misschien licht worden gestookt om sneeuwdruk te voorkomen.
 
De noodzaak voor de energietransitie is hoog
De huidige hogere gasprijzen maken duidelijk dat de sector (nog sneller) minder afhankelijk moet worden van aardgas. Om een (nagenoeg) fossielvrije glastuinbouw te bereiken, moet de energietransitie voortvarend worden aangepakt. Alleen dan heeft de Nederlandse glastuinbouw over enkele decennia nog bestaansrecht. Bij het huidige gebruik zijn hoge energieprijzen op lange termijn funest voor de concurrentiepositie. Daar komt nog bij dat de hoge energieprijzen ook invloed hebben op de kosten van andere bedrijfsmiddelen. Bij de productie van plastic en kunstmest, bij de verpakking van gereed product of bij het transport van groente, fruit en bloemen zijn energiekosten een fors onderdeel van de kostprijs. Veel van deze productiemogelijkheden zijn al in prijs gestegen en stijgen mogelijk verder in de komende maanden.

Vandaar de noodzaak om de energietransitie in de glastuinbouw en toeleverende industrie snel op te pakken. De zogenaamde ‘Trias Energetica’ is daarbij een goed strategisch model om te volgen. Dit model bestaat uit drie belangrijke maatregelen:

  • Beperk zo mogelijk de energievraag zoals bijvoorbeeld door ‘Het Nieuwe Telen’ waarbij de teelt optimaal wordt gestuurd of de aanleg van een extra scherm;
  • Maak maximaal gebruik van energie uit duurzame bronnen zoals zonne- en windenergie, geothermie en biomassa;
  • Gebruik de dan nog benodigde fossiele brandstoffen zo efficiënt mogelijk.

De gemiddelde prijzen in de sector zijn nog goed
Naast het sombere nieuws over deze kostenontwikkeling is ook positief nieuws te melden. De prijsvorming is voor de meeste producten gelukkig goed en ook de verwachtingen zijn positief. Dat blijkt onder andere uit contracten die nu al voor 2022 zijn afgesloten of waarover wordt onderhandeld. Een deel van de telers slaagt er in de kostenstijgingen deels door te berekenen aan afnemers. De prijzen van snijbloemen zijn in 2021 uitgekomen op een goed tot zeer goed niveau. De vraag ligt al hoog sinds de zomer van 2020. De bloeiende en groene planten staan ook nog steeds volop in de belangstelling. Nieuwe contracten in de broeierij voor snijtulp voor levering in 2022 worden voor hogere prijzen afgesloten dan afgelopen jaar. Ook bij de bollenteelt zijn prijzen goed. De goede (internationale) vraag vanuit de broeierij naar snijtulpen en lelies sijpelt door naar een goede vraag naar de benodigde bloembollen. Tot slot zijn boomtelers gemiddeld gezien op weg naar het beste seizoen in het afgelopen decennium. Zowel de vraag van tuincentra als die van de institutionele markt is goed.

Het nieuws voor de groenteteelt is duidelijk iets minder positief. Bij tomaten is de prijs redelijk tot goed geweest, maar de virusaantasting zorgde in de productie soms voor flinke problemen. Voor komkommer, paprika en aubergine is het beeld heel wisselend. Het uiteindelijke resultaat hangt vaak sterk af van het teeltschema. Bij de vollegrondsgroente was de afgelopen zomer en herfst de prijsvorming voor prei redelijk en voor ijsbergsla goed. Bij het hardfruit is men grotendeels tevreden over de prijsvorming en productie. Al doen de peren het duidelijk beter dan de appels, vanwege een geringere oogst dan vorig jaar.
 
Interesse in de Nederlandse tuinbouwtoelevering houdt aan
De trend naar meer betrokkenheid van strategische partners of investeerders in de toelevering houdt aan. Het aantal transacties of samenwerkingsverbanden in de (Nederlandse) tuinbouwtoelevering is in 2021 weer sterk gestegen ten opzichte van de drie voorgaande jaren. Middelgrote (glas)tuinbouwtoeleveranciers uit Nederland staan sterk in de belangstelling van grote bedrijven of externe investeerders. Belangrijke oorzaak daarvoor is de toegenomen aandacht voor bedekte teelt, zowel onder glas als in de meerlaagse vertical farms. In Noord-Amerika, het Midden-Oosten en Rusland ontbreekt het vaak aan bedrijven die veel kennis hebben over de technische uitrusting van dergelijke tuinbouwprojecten. Het gevolg is een grote belangstelling voor toeleveranciers, die deze kennis wél in huis hebben.

De tendens in die landen om meer naar bedekte teelt over te stappen is heel divers en is als volgt te verklaren:

  • Supermarkten of foodservice willen klanten een jaarrond aanbod van consistente hoge kwaliteit aanbieden. Ook wil men vaker lokaal geteelde producten aanbieden;
  • Overheden ondersteunen projecten vaak vanwege de efficiënte manier waarop wordt omgegaan met land, water, bemesting of andere teeltmiddelen. Daarnaast is er een politiek streven naar meer zelfvoorziening in de voedselketen;
  • Verder is indoorteelt in een kas of andere omgeving geschikt voor een vorm van oogstautomatisering en teeltsturing op afstand.

Bedrijfsoverdrachten komen natuurlijk alleen tot stand als de huidige eigenaren ook daadwerkelijk overgaan tot (gedeeltelijke) verkoop. Eigenaren maken nu gebruik van de interesse en zien ook de noodzaak van verandering, willen ze in het buitenland grote turnkey-projecten uitvoeren. In deze projecten wordt juist een combinatie van expertise van verschillende bedrijven onder één grote koepel aangestuurd. Daarnaast kan opschaling bijdragen aan het aantrekken van gespecialiseerd technisch personeel. Jonge professionals zien vaak toch meer ontwikkelingsmogelijkheden bij grotere internationaal opererende bedrijven.

Publicatiedatum: