De 13e editie van de Cool Logistics Global, die dinsdagmorgen van start ging, werd voor het tweede jaar op rij online gehouden. Tijdens de webinars komen sprekers vanuit zes continenten aan bod uit alle hoeken van de scheepvaart en logistiek.
De scheepvaartsector staat sinds het begin van de pandemie voor enorme uitdagingen. Hoe gaat ze om met deze situatie en hoe moet het nu verder?
De algemene idee is dat deze situatie in de nabije toekomst niet snel zal veranderen. Het kan zelfs nog erger worden voordat de situatie weer opklaart. De verzendkosten zullen waarschijnlijk niet snel dalen, aangezien de tarieven voor koelcontainers hoog blijven door de grote vraag naar droge lading en diepgevroren goederen, voornamelijk naar China. Dit zorgt naast de hoge tarieven ook voor een onevenwicht in de containerstroom.
Reefers houden tegenwoordig een hoog risico in voor vervoerders. Ze zijn minder aantrekkelijk en minder winstgevend. Het risico bestaat dus dat er niet meer verder geïnvesteerd wordt in koelcontainers. Ook zijn grote delen van de wereld nog niet gevaccineerd en er moet maar één deel van de keten vallen om de congestie weer te doen toenemen. Volgens de panelleden zal het een paar jaar duren voordat de situatie weer normaal wordt, maar zelfs dan zullen de zeevrachttarieven hoger blijven dan vóór de pandemie.
Rachel White, CEO & mede-oprichtster van Cool Logistics Resources, opende het evenement door te zeggen dat ze uitkeek naar de mogelijkheid om te debatteren over de problemen in de meest uitdagende tijd ooit voor de logistieke sector.
Martin Dixon, Head of Research Products bij Drewry en directeur van de Drewry Group, sprak over de marktvooruitzichten voor de reefersector. Overzeese handel kromp met 0,4%, maar vooral het transport van bederfelijke producten daalde fors. Dit komt door een lagere vraag wegens de sluiting van de horeca en van havens en door ziektedruk bij bananen uit de Filipijnen.
In het 4e kwartaal is er echter een sterk herstel aan de gang, vooral bij het vervoer van vlees, exoten en citrus. Hij verwacht komend jaar een groei van 4% te zien.
De containervolumes zullen tegen 2024 meer dan 90% bereiken, gedreven door de daling van gespecialiseerde koelvracht. Vorig jaar stegen de containervolumes met 5,4 miljoen TEU.
Volgens Martin zal de capaciteit de komende jaren met 9% afnemen en zijn er zorgen over de beschikbaarheid van apparatuur. Er waren al zorgen vóór de pandemie, maar de situatie is nu nog zorgwekkender ondanks een recordproductie van containers (+15% in 2020 en naar verwachting +30% in 2021). Hij voorspelt dat de beschikbaarheid van containers krap zal blijven omdat apparatuur in het binnenland vastzit of in de havens ligt te wachten.
Er is een groot onevenwicht in de handel, voornamelijk omdat Azië een netto-importeur is. De vrachttarieven zijn vorig jaar sterk gestegen en zelfs verdubbeld. De verwachting is dat ze later in het jaar met nog eens 50% zullen stijgen. Er is een piek in de oost-west handelsroutes, maar minder in de noord-zuid routes. De gemiddelde tarieven zullen blijven stijgen naarmate de noord-zuidroutes een inhaalslag maken (gemiddeld 50 à 100% volgend jaar).
Michel Looten, Director Maritime bij Seabury Cargo, gaf een overzicht van de reefermarkt. Het reeferverkeer is stabiel in vergelijking met het vervoer van droge lading omdat er in de herstelperiode na corona een grote vraag is naar droge lading.
De AGF-export van Latijns-Amerika naar Azië werd gedomineerd door bananen. Kersen zijn het tweede grote exportproduct op die route. De toename van de vraag naar kersen over zee heeft te maken met het tekort aan capaciteit in de luchtvaart doordat er weinig passagiersvluchten beschikbaar waren. Voor reefers naar de VS is de bananenhandel de belangrijkste groeimotor met een stijging van 13%.
Volgens Michel zal door de grote vraag naar droge goederen de vraag naar reefers dalen omdat deze minder aantrekkelijk zijn voor vervoerders. Het risico bestaat dat rederijen niet langer zullen investeren in reefers en hun aandacht zullen verleggen naar de populaire scheepvaartbestemmingen.
Bruce Marshall, hoofd Reefer Solutions bij AP Moller-Maersk, zei dat verladers moeten inzetten op goede partnerschappen met klanten en moeten samenwerken om de behoeften van de klant te begrijpen en er zo een win-winsituatie van te maken. Ze moeten niet alleen oog hebben voor de transportissues op zich, maar ook voor de problemen die zich stellen vóór en na de oogst. Klanten moeten van meet af aan heel duidelijk zijn over wat ze vragen en verladers moeten aan deze eisen voldoen.
Hij zei dat hun vraag ver boven de capaciteit ligt en dat een beter begrip van de behoeften van de klant voor meer flexibiliteit zal zorgen. Er zijn verschillende factoren die voor vertragingen kunnen zorgen en alle aspecten van de supply chain moeten worden beheerd.
Hij benadrukte dat flexibiliteit essentieel is en dat een goede samenwerking kan helpen om risico's te beperken. Zichtbaarheid is tegenwoordig van levensbelang en klanten willen steeds meer duurzame oplossingen.
Hij denkt dat de congestie minder nijpend zal worden, maar zei ook dat ze niet alle antwoorden in huis hebben. Ze zijn bereid waar nodig verbeteringen aan te brengen, maar hij waarschuwde er ook voor dat deze situatie eigenlijk niet meer weg te denken is. Tegenwoordig is de mode-uitdrukking niet meer ‘just in time’ maar wel ‘just in case’.
Thomas Eskesen, oprichter van Eskesen Advisory, zei dat dit een buitengewoon gecompliceerde tijd is en het volgend jaar nog erger kan worden.
De grote problemen zijn havencongestie en transitkwesties. Reefers zijn niet langer golden business voor verladers. Consumenten moeten nu ook beseffen dat ze meer zullen moeten betalen voor AGF-producten.