Duitse hardfruitbedrijven hebben op veel plaatsen de hoop op minimaal een gemiddelde kersenoogst opgegeven vanwege late vorst, hevige regenval en noodweer. Het Duitse Bureau voor de Statistiek (Destatis) deelt na definitieve ramingen op peildatum 20 augustus 2021 mee dat er in 2021 in totaal 38.400 ton kersen geoogst werden. Dat betekent een afname van de kersenoogst met 23,2% ten opzichte van het voorgaande jaar (50.000 ton) en met 19,9% ten opzichte van het tienjarig gemiddelde over de jaren 2011 tot 2020 (47.900 ton). Eerste voorlopige ramingen op peildatum 10 juni 2021 gingen nog van een duidelijk gematigdere oogstdaling uit van 4,4% ten opzichte van het tienjarig gemiddelde.
Duidelijk kleinere kersenoogst werd pas laat in het jaar zichtbaar
Volgens de definitieve raming op 20 augustus 2021 lag de kersenoogst in 2021 in totaal op 27.300 ton en daarmee duidelijk onder de waarde van de voorlopige raming van 10 juni 2021. Ten opzichte van het tienjarig gemiddelde van 32.700 ton betekent dit een daling van 16,4%. De belangrijkste deelstaat voor de kersenteelt is Baden-Württemberg. Met een geraamde oogst van 12.500 ton teelde men in deze deelstaat 45,8% van alle Duitse kersen.
In tegenstelling tot bij de zoete kersen zag men bij de morellen reeds vroeg in het seizoen dat de oogst klein uit zou vallen. De definitieve oogstraming van 11.000 ton op 20 augustus 2021 week slechts licht af van de voorlopige ramingen in juni en juli. Het zwaartepunt van de morellenteelt ligt regionaal in Rheinland-Pfalz, waar met 4.700 ton 42,8% van de Duitse oogst geteeld werd.
In beginsel veroorzaakten late vorst evenals ongunstige weersomstandigheden op veel plaatsen oogstverliezen, vooral bij de kersen. Zij reageren onder andere vanwege de vroege vegetatiestart bijzonder gevoelig op weersinvloeden tijdens de bloei- en rijpingstijd; ze barsten dan of gaan rotten. In tegenstelling tot de morellen, die vaak tot sap, conserven, diepgevroren producten en overige producten verwerkt worden, is weersafhankelijk kwaliteitsverlies bij kersen vanwege de overwegend directe verkoop zeer schadelijk. Oogstramingen voor kersen zijn daarom onzekerder dan die voor morellen.
Iets benedengemiddelde perenoogst verwacht
De perenoogst van dit jaar werd op peildatum 20 augustus 2021 voor het eerst geraamd. De verwachte oogst ter hoogte van 38.700 ton valt daarbij 1,4% kleiner uit dan vorig jaar (39.300 ton), en 2,1% kleiner uit dan het tienjarig gemiddelde (39.600 ton). Het grootste aandeel van de Duitse perenoogst groeit met vermoedelijk 16.000 ton eveneens in Baden-Württemberg.
Methodologische verwijzingen
Bij de oogstraming van de belangrijkste hardfruitsoorten doen de rapporteurs op verschillende momenten in het seizoen verslag van de geraamde c.q. behaalde oogst en opbrengst per hectare bij appelen, peren, pruimen, mirabellen/Reine Claudes evenals kersen en morellen. Tussen de ramingen in de maanden juni, juli, augustus en november kan het vanwege weersomstandigheden of plagen tot aanzienlijke veranderingen komen. De definitieve raming van de kersenoogst vindt in augustus plaats, de definitieve raming van de perenoogst in november.