Bij Perlim denk je meteen aan Périgord-walnoten en appelen uit Limousin. En dat is ook niet zo gek: de naam van de coöperatie is niets anders dan een samenvoeging van de naam van deze twee regio's die elk producten aanbieden die over een BOB-licentie (Beschermde Oorsprongsbenaming) beschikken. De appelen worden al sinds het begin van de jaren zestig geteeld en op de markt gebracht, maar al sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog verkoopt familie Chauffaile ook walnoten. De Quercy-coöperatie van walnotentelers uit de regio's Limousin en Périgord is opgericht in 1978. Op dit moment telt de coöperatie 550 leden en 2.800 hectare walnootboomgaarden, voornamelijk verdeeld over vier departementen: Corrèze, Dordogne, Lot en Charente.
Perlim Noix teelt ongeveer 4.000 ton walnoten per jaar, terwijl de Franse teelt jaarlijks 40.000 ton vertegenwoordigt (20.000 ton in Périgord en 20.000 ton in Grenoble). Van de totale opbrengst van Perlim Noix is slechts 20% bestemd voor de Franse markt, het grootste deel van de opbrengst wordt geëxporteerd. De situatie is echter al enige tijd aan het veranderen, omdat er vanuit de Fransen een duidelijke vraag is naar lokale producten, kwaliteitsproducten en ecologisch verantwoorde producten. “In tegenstelling tot de situatie in andere Europese landen en Noord-Afrika maakt het consumeren van gedroogd fruit geen onderdeel uit van de consumptiepatronen van de Fransen. Sinds enkele jaren zien we echter een significante verandering rondom de consumptie van deze noten in Frankrijk,” legt directeur van de coöperatie Perlim Noix Jonathan Rhodes uit. “Tot nu toe werd de walnoten niet echt als een modern product gezien, maar dat is langzaam aan het veranderen en de afzet ervan is zich op de Franse markt op exponentiële wijze aan het ontwikkelen. Bovendien staat Périgord bekend om de gastronomie, dus de Périgord BOB-walnoten vormen een kwaliteitsgarantie voor de consument,” legt directeur van de coöperatie Perlim Noix Jonathan Rhodes uit.
“We moedigen onze telers aan om meer te planten”
De wereldwijde teeltactiviteiten van walnoten nemen steeds meer toe. In Chili ging de opbrengst bijvoorbeeld van 14.000 ton in 2004 naar 150.000 ton in 2020. In Frankrijk schommelde deze de afgelopen 15 jaar jaarlijks tussen de 38.000 en de 42.000 ton. “We moedigen onze telers ook aan om notenbomen te planten. Op dit moment zijn de 200 tot 250 hectare nieuwe boomgaarden die elk jaar worden geplant echter nauwelijks genoeg om de verliezen die we lijden als gevolg van onder andere het met pensioen gaan van telers op te vangen. Hoewel we onze telers geen prijs kunnen garanderen omdat de walnotenmarkt een wereldwijde markt is, moedigen we hen wel aan hun opbrengst per hectare te verhogen. Daarnaast sluiten er zich steeds meer nieuwe, jonge telers bij ons aan die gespecialiseerd zijn op het gebied van boomkwekerijen en nieuwe, productievere rassen planten,” vertelt Jonathan.
De opbrengst per hectare varieert – afhankelijk van de rassen – namelijk aanzienlijk. “De Franquette is het belangrijkste ras in Frankrijk. Het duurt ongeveer 10 tot 12 jaar voordat een walnotenboom van dit ras in volledige productie is, een productie die zich voor een enkele boom gemakkelijk over een periode van 50 jaar kan uitstrekken. Daar staat tegenover dat de noten die daaruit voortkomen van een uitzonderlijke kwaliteit zijn. Ze zijn smeuïger en smakelijker. Onlangs zijn er echter ook nieuwe Amerikaanse rassen als de Chandler verschenen. Na slechts 5 jaar is de opbrengst van de boomgaarden 6 ton per hectare, terwijl het ongeveer 12 jaar duurt om 2,5 ton Franquette per hectare te krijgen. Natuurlijk is het wel zo dat de smaakkwaliteit na 25-30 jaar anders wordt, de opbrengst van een boom na 25-30 jaar kleiner begint te worden en de bomen moeten worden ontworteld en herplant,” legt Jonathan uit.
In tegenstelling tot andere gewassen die steeds meer onder de het veranderende, warmer wordende klimaat lijden, houden notenboomgaarden juist van hitte. Walnotenbomen zullen dan ook, mits er voldoende water is, bij hittegolven die de komende jaren waarschijnlijk steeds vaker voor zullen komen, vrijwel geen problemen ondervinden.
“Naast het feit dat walnoten al van nature duurzame gewassen zijn, hechten we ook veel waarde aan het op een verantwoorde wijze telen ervan”
In navolging van de ecologisch verantwoorde maatregelen die Perlin Pommes heeft genomen – zoals 100% mechanisch telen, werken met een CSR-kartonnen tray en werken met HEV niveau 3 gecertificeerde boomgaarden – blijft ook de walnotencoöperatie op dit gebied in beweging. “We hebben het geluk dat we werken met van nature duurzaam fruit. 15% van onze teelt heeft het biologische label en bij het grootste deel van onze teeltwerkzaamheden worden geen gewasbeschermingsmiddelen gebruikt. Dit alles weerhoudt ons er echter niet van nog een stap verder te gaan in onze ecologisch verantwoorde aanpak. Hoewel de economische winstgevendheid uiteindelijk niet in verhouding staat tot onze inspanningen, hebben duurzame ontwikkelingen nog steeds vooral te maken met een zekere overtuiging vanuit ons team. Om deze reden kunnen onze leden sinds 2017 profiteren van de voordelen die bij het Bee Friendly-label horen. Het HEV-label is voor de teelt van walnoten moeilijker te verkrijgen omdat de meeste telers een gemengde landbouw hebben. Toch zal 15% van onze volumes voor 2020 HEV 3-gecertificeerd zijn. Verder zal binnen 3 jaar al het plastic uit onze verpakking zijn verdwenen. Daarnaast hebben we, in samenwerking met lokale imkers voor het behoud van de biodiversiteit in notenboomgaarden, onlangs een gids met goede, 'groene' bedrijven gepubliceerd,” besluit Jonathan.
Voor meer informatie:
Jonathan Rhodes
Perlim Noix
19130 Saint-Aulaire
Vaste telefoon: +33.555.25.29.62
Mobiele telefoon: +33 608.28.74.84
jonathan@perlim.com
www.perlim.com