Met het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) voorop moeten de overheden hardere keuzes afdwingen bij het inkopen van duurzame producten. Dat stelt Dick Oosthoek, directeur Stichting Groenkeur, in een reactie op rapport van het CLM over de hogere productiekosten van PlanetProof-geteelde aardappelen, tomaten en appels.
De onderzoekers van het CLM hebben de meerkosten in kaart gebracht en de investeringen die nodig zijn om te certificeren. Ze concluderen dat een teler met een beperkte opslag op de prijs van het product zijn investeringen terug kan verdienen. Daarmee wordt het milieu de winnaar. Verder spreken de onderzoekers over hectarepremies en subsidies en andere impulsen. Oosthoek denkt echter dat het voor bomen en vaste planten op een ander punt mis gaat.
Veel overheden hebben hun handtekening gezet onder het manifest Maatschappelijk Verantwoord inkopen. Bij de daadwerkelijke aankoop van producten wordt daar toch vaak van afgeweken. Kwekers klagen dat ze wel aan de eisen moeten voldoen om in te kunnen schrijven, maar als dan het koopmoment daar is, krijgen gangbare producten toch de voorkeur.
De juiste cultivar of boommaat is op dat moment niet beschikbaar. Men wil toch bij een vaste leverancier inkopen. Het planttijdstip is verschoven. Er is druk van de bestuurder om tijdig op te leveren. Er worden veel argumenten aangevoerd om geen duurzame keuze te hoeven maken. Met het ministerie van LNV voorop moeten de overheden hardere keuzes afdwingen bij het inkopen van duurzame producten. Niet alleen met de mond belijden, maar ook daadwerkelijk kiezen voor duurzaam.
In het bedrijfsrestaurant is die stap inmiddels wel gemaakt. Oosthoek roept de overheden op dit ook voor de buitenruimte te doen. Hoe meer vraag, hoe meer bedrijven zich willen certificeren, hoe sneller het gebruik van middelen afneemt.
Bron: Groenkeur