Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven
Vegobel teelt verse kruiden in een potje

"Van één doosje naar een half kamioneke en we waren vertrokken"

Het is lente en dus druk in het magazijn bij Vegobel. De lente laat zich namelijk voelen in de vraag naar verse kruiden in een potje. Kruiden waar je thuis een eigen mini kruidenpluktuintje op het aanrecht van aanlegt waardoor je het gevoel krijgt groene vingers te hebben. Vegobel, een bedrijf van de broers Arthur, Wim en Steven Lauwers, teelt deze kruidentuintjes.

Foto: Arthur en Steven

Arthur, de oudste van de broers: “We gaven in 1995 de eerste aanzet tot dit bedrijf. Vader was een traditionele tuinder met een serre waarin ‘s winters sla en ‘s zomers tomaten werd gekweekt. Wim ging verder in de tuinbouw en studeerde tuinarchitectuur, hij is onze plantenman. Steven, de jongste, studeerde economie en houdt zich met de commerciële kant bezig en ik volg als technisch ingenieur de technische zaken op.

Steven en ik werkten in een bedrijf, maar wilden eigenlijk ook wel iets in de sector doen. Wim was ondertussen een eigen zaak begonnen en een serre gebouwd waar hij sla teelde. Niet evident want het is altijd op de knieën zitten, zeer belastend en vermoeiend. Je moet ook behoorlijk wat omzet draaien om het bedrijf gezond te houden.

'Investeringske'
In Scandinavië zagen we een nieuwe teeltechniek: het gotensysteem, interessant zowel economisch als voor de gezondheid van planten en telers. Ons eerste idee was zo sla te kweken, maar dat leek ons financieel niet echt haalbaar. In Scandinavië kweekte men met dit systeem dille en peterselie in potjes en dat leek ons wel ook hier een haalbare kaart. 

We hebben toen een ‘investeringske’ gedaan, een serieuze investering eigenlijk (lacht). Achter het bedrijf van Wim hebben we een weiland gekocht en daar een serre met de eerste 1000 vierkante meter met een gotensysteem gezet. We zijn begonnen met basilicum als eerste kruid, daar begon toen vraag naar te komen. Daarna zijn andere kruiden snel gevolgd – nu hebben we er ca. 100 verschillende – en is het bedrijf stelselmatig gegroeid.”

Stap voor stap
Steven: “Dit gaat natuurlijk stap voor stap, het was eerst heel klein. We gingen naar de veiling, voor hen was dat ook nieuw. Alle groothandelaars en distributeurs die er langskwamen, werden benaderd en we gaven hen een doosje met 12 potjes basilicum, best wel ‘flashy’ verpakt met een mooi hoesje rond, om uit te proberen in hun zaken. Enkele dagen later gingen we terug en vroegen hoe de verkoop geweest was. Het bleek een schot in de roos en van 1 doosje kwamen er 10, een half palletje, een half kamioneke,… en we waren vertrokken.”



Arthur: “We kweken in potjes en we zaaien of stekken zelf, afhankelijk van de soort. Houtige gewassen worden via stek vermeerderd en dat is puur handwerk. Het zaad is een internationaal gegeven, het komt van zowat overal binnen. We experimenteren ook, proberen uit, steeds op zoek naar beter, sterker en… lekkerder. Heel belangrijk want kruiden zijn belangrijke smaakmakers in gerechten.

Nu wordt er basilicum gezaaid. De grond word aangevoerd op paletten, gaat in de grijze grondbunker, wordt daar losgemaakt, van voeding voorzien en daarna over de potjes verdeeld. De potjes zijn composteerbaar, gemaakt van maisafval waardoor ze CO2-neutraal zijn. Het zaaien gaat volledig automatisch. Via een zaadverdeler worden in elk potje enkele tientallen zaadje gelegd, alles wordt aangeduwd, natgesproeid en op karren gezet. Daar blijven ze staan tot ze ontkiemen, pas als er kleine blaadjes opkomen, worden ze in de goten in de serres gezet.”

Zelf proeven ter controle
In de grote, hoge kas staat een zee aan basilicumplantjes Er hangt een sterke geur. De broers zeggen zelf niet voorbij de plantjes te kunnen lopen zonder te proeven, belangrijk volgens Arthur om te weten of alles goed zit. Achteraan staan de net gekiemde plantjes, nog onooglijke sprietjes. Tijdens hun tocht door de serre worden ze groter en steviger tot ze vooraan inpak- en gebruiksklaar zijn.

Arthur: “Met grote en hoge serres heb je een grotere luchtmassa waardoor je minder temperatuurschommeling krijgt zodat de planten een rustiger omgeving hebben en geen grote schokken van ineens koud of ineens warm krijgen.”

Steven: “Door de goten stroomt er water, de plant zuigt op wat ze nodig heeft en het water wordt achteraan opnieuw opgevangen en terug in het systeem gebracht. De goten schuiven langzaam op, de lege goten gaan in een bak en worden dan opnieuw gebruikt, eigenlijk een lopende band. Op het einde wordt elk plantje in een zakje gestoken – zo koop je ze ook – en daarna in dozen voor transport. Kruiden kweken is heel arbeidsintensief, (lacht) elk potteke wordt door veel handen verschillende keren in het groeiproces vastgepakt.”

Assortiment uitgebreid
Steven: “De vraag kwam vanuit de klanten: basilicum is wel mooi, maar heb je nog iets anders? Toen probeerden we dille, de eerste keer werd alles geel, want dille moet veel kouder staan dan basilicum. Toen we dat door hadden, werden het wel mooie planten.”

Arthur vult aan: “En zijn we de serres in compartimenten gaan delen met elk hun eigen klimaatregeling.”

Steven gaat verder: “Zo zijn we van het ene kruid naar het andere gegaan en zitten we nu met bijna 100 verschillende soorten. De markt bepaalt wat we telen. We krijgen ook vragen van chefs. Iemand wil, zeg maar olijfkruid op zijn kaart plaatsen dan gaan we dat telen. Zo kweken we ook dropplant, stevia, melde, zuring rood en groen, … Dat verkopen we via gespecialiseerde zaken – de supermarkten nemen de ‘hard runners’ , een gamma van 10 tot 15 verschillende planten, die iedereen gebruikt in zijn keuken – de gespecialiseerde zaken vragen naar speciale dingen omdat ze er een cliënteel voor hebben. Zo was er vraag voor kruiden voor thee, daarvoor maken we een potje met drie soorten kruiden: munt, citroenverbena en pepermunt. Gewoon afknippen, in kokend water doen en je hebt…een echte kruidenthee!”

Vegobel beschikt ook over een biocertificaat. Arthur: “De markt vroeg ernaar en voor ons was het niet moeilijk omdat we al vanaf het begin altijd heel biologisch werkten. We hebben nooit chemische bestrijdingsmiddelen gebruikt , enkel volledig biologisch. We vonden het niet gepast om op dergelijk mooi product die je zonder te wassen rauw kan eten, chemische producten te spuiten.”

Van de serre naar de veiling
In het magazijn staan de ‘speciallekes’ te wachten om ingepakt te worden, de ‘gewone’ komen uit de diverse serres reeds in dozen toe. Steven: “We gaan continu naar de veiling, de hele dag door en dat 6 op 7. De serre komt nooit leeg. Eenmaal ingepakt komt het naar hier en enkele uren later gaat het op transport naar de veiling of naar de distributiecentra van de klanten. Morgenvroeg staan de potjes in de winkel en kunnen ‘s middags al bij jou thuis staan waar je ervan snijdt. In het kader van de traceerbaarheid is het zeer belangrijk dat je precies bijhoudt wat je doet. Mocht er ooit een vraag zijn van een klant over een bepaald potje, dan moet je weten uit welke serre het komt, wat ermee gebeurd is, welke partij het is, wie het ingepakt heeft, …  

Administratief gaat het over de veiling, maar logistiek gaan ze rechtstreeks naar de distributiecentra, zo moet er niet overgeladen worden wat voor toch wel fragiele plantjes als kruiden belangrijk is.
Werken met de veiling verloopt logistiek en administratief heel vlot. Ook financieel is het heel interessant (lachend) het is onze financieringsmaatschappij, facturen worden altijd op 14 dagen betaald, een enorme luxe als je dat hebt!”

De toekomst
Steven: (lachend) “We moeten nog een tijdje door. We hebben elk drie kinderen, maar voorlopig is er niemand met interesse. Dat komt misschien nog, laat ze eerst maar studeren en op een ander gaan kijken, dan kunnen ze nog altijd terugkomen als ze willen. Arthur en ik zijn ook eerst elders gaan werken al wou ik al van mijn 14e stoppen met school om te gaan tuinieren.”

Arthur: “Het is een bedrijf met zijn specifieke positieve kenmerken, maar het is ook permanent in evolutie wegens veranderingen van de markt, wensen van de klanten, nieuwe beschikbare technieken. Dat maakt het ook meer en meer complex en niet zo eenvoudig voor een volgende generatie of opvolgers.”

Bron: LAVA

Voor meer informatie:
Vegobel
Missestraat 27
2570 Duffel - België
+32 15 32 15 00
info@vegobel.be  
www.vegobel.be  

 

Publicatiedatum: