De phytophthorakloon EU-13 stond al te boek als agressief en lastig te bestrijden. De laatste jaren zijn twee nieuwe klonen aan een opmars bezig in het noordwesten van Europa namelijk EU-36 en EU-37. Deze klonen verdringen EU-13. Door welke eigenschappen deze 2 nieuwe klonen zich konden uitbreiden is nu in detail onderzocht door Wageningen University & Research. Met deze informatie kan de bestrijdingsstrategie van phytophthhora worden verbeterd.
De volgende eigenschappen die belangrijk zijn voor de ontwikkeling van Phytophthora in het aardappelloof zijn onderzocht:
De infectie-efficiëntie van de sporen
De groeisnelheid van Phytophthora in het blad
De latente periode
De grootte van de bladvlekken
De hoeveelheid gevormde sporen
Voor de meeste van de eigenschappen, die belangrijk zijn voor de ontwikkeling van Phytophthora in het loof, blijkt dat EU-36 en EU-37 zich in hogere mate en sneller ontwikkelden in vergelijking met EU-13. Het samenspel van deze eigenschappen vertaalt zich in een grotere agressiviteit die mogelijk het verder terugdringen van EU-13 in het noordwesten van Europa kan verklaren.
Gevoeligheid voor fungiciden
Uit eerder onderzoek was gebleken dat EU-37 minder gevoelig is voor fluazinam. Nu is de gevoeligheid van EU-36 en EU-37 voor een aantal andere fungiciden onderzocht. Er is geen bewijs gevonden dat deze 2 klonen resistent zijn tegen deze andere fungiciden. Wel is er een consistent patroon gevonden dat EU-36 en EU-37 bij zeer lage doseringen in laboratoriumproeven zich iets meer konden uitbreiden in vergelijking met EU-13.
Zoeken naar geschikte bestrijdingsstrategie
Extra alertheid bij de bestrijding van de klonen blijkt belangrijk. Bij een hoge ziektedruk zullen de nieuwe klonen de zwakke plekken in de bestrijdingsstrategie makkelijker vinden en sneller een aantasting veroorzaken. De middelkeuze, dosering en timing van de bespuitingen komt nog preciezer in aanwezigheid van deze 2 nieuwe klonen dan in vergelijking met de situatie van circa 2 jaar geleden. In 2019 zal onderzoek verder moeten uitwijzen of de bestrijdingsstrategie voor deze klonen moet worden aangepast.
bron: Wageningen University & Research,