Zet honderd groenteboeren bij elkaar, wat krijg je dan?
Bron: Haarlems Dagblad
Een echte groentezaak is tegenwoordig een zeldzaamheid in de wijk. Neem Rob Blom, die een jaar geleden de zaak sloot aan de Altenastraat in Haarlem Noord, niet ver van het Stuyvesantplein. Hij deed het maar liefst 44 jaar lang en had een prachtige klantenkring. ,,Wij verkochten ook veel stamppotten en soepen. We maakten alles zelf. Ik was altijd al vanaf vier uur 's ochtends bezig tot 's avonds een uur of zeven. Ondanks dat ik officieel gestopt ben als groenteboer, maak ik wekelijks nog bakjes met gerechten voor bepaalde buurtbewoners. Die zijn daar dolgelukkig mee. Maar als je me vraagt of ik nog weleens naar het vak terugverlang, dan zeg ik: 'Ik zou het zo weer doen. Het is een prachtig vak.''
Jan en Karin Duwel hebben nog steeds een winkel in de Amsterdamstraat, waar in de buurt een stukje stadsvernieuwing heeft plaatsgevonden, zodat dat weer nieuwe klanten oplevert. ,,We zijn af en toe net sociaal werkers, hoor'', zegt Karin lachend. ,,Je kent de mensen allemaal en je hoort veel verhalen.''
Jan legt uit dat de supermarkten natuurlijk veel klanten wegtrekken. ,,Maar wij zijn door het persoonlijke contact juist ook goed in het adviseren over de producten. Voor bepaalde soorten fruit is het het beste om die in het seizoen te eten. Voor druiven is deze periode goed. Bij ons in de zaak mag de klant altijd proeven.''
Over druiven gesproken. De schrijver van dit artikel herinnert zich dat hij als jongetje weleens naar groentezaak Bulters in de Maasstraat moest om druiven te halen. Toen hij met groene druiven thuiskwam, werd-ie teruggestuurd door zijn moeder, omdat het per se Frankenthalers (de blauwe versie, overigens mét pit) moesten zijn. Jos Bulters Senior en zijn vrouw Cili herinneren zich mevrouw Lips nog precies en ook het adres van destijds: Delftlaan 555.
Bron: Haarlems Dagblad, 1 oktober 2012