Nederland verwacht 25% minder appelen en 18% minder peren

De Nederlandse appel- en perenoogst zal dit jaar kleiner uitvallen. De oogstraming komt uit op 233 miljoen kilo appels en 307 miljoen kilo peren. Vergeleken met vorig jaar komt dit neer op een daling van ruim een kwart bij appels en 18 procent minder peren. De oogstreductie is vooral toe te schrijven aan nachtvorst en koud voorjaarsweer. Dit blijkt uit informatie van GroentenFruit Huis en NFO op basis van de werkgroep oogstraming.

Per regio en per bedrijf is het beeld van vorstschade sterk wisselend. Vooral telers in het zuiden van het land verwachten minder te plukken. In Zeeland en Zuid-Limburg is, vergeleken met Gelderland en Flevoland, te weinig oppervlaktewater beschikbaar om de bloesem te beregenen als bescherming tegen vorst. De appels en peren die nu aan de bomen hangen zijn van goede kwaliteit en zullen door de vele zonuren een uitmuntende smaak hebben. Ook is er tot nu toe weinig hagelschade. Ondanks de kleinere oogst zijn er voldoende appels en peren beschikbaar om aan de binnenlandse consumptie te voldoen.

De appelteelt vindt in Nederland plaats op 6.950 hectare, terwijl perenbomen op 9.750 hectare te vinden zijn. Jaarlijks krimpt het oppervlak met appelbomen een paar procent en stijgt het perenoppervlak. Elstar is met een aandeel van 45 procent in Nederland verreweg de meest geteelde appel. Dit jaar wordt naar verwachting 104 miljoen kilo Elstar geoogst, wat neerkomt op een daling van 22 procent. Vergeleken met 2016 worden dit jaar ook andere appelrassen in Nederland minder geplukt.

De oogst van Conference, goed voor ruim tachtig procent van de Nederlandse perenoogst, is geraamd op 254 miljoen kilo. Dit betekent een daling van 13 procent. Het oppervlak met Conference stijgt jaarlijks; dit jaar met 3 procent. Het aanbod van Doyenné du Comice valt door slecht weer tijdens de bloei fors lager uit dan in 2016.

Bron: NFO/GroentenFruit Huis