De Nederlandse import van groenten en fruit uit derde landen had in 2017 een waarde van 4.440 miljoen euro, die van het Verenigd Koninkrijk 3.241 miljoen euro en die van Frankrijk 1.719 miljoen euro. Bij elkaar was dit goed voor 58 % van de totale import van de EU uit derde landen, die een waarde van 16.304 miljoen had, 5 % meer dan in 2016. Dat blijkt uit gegevens van Eurostat.
Van deze drie landen is Frankrijk het land dat de grootste groei doorgemaakt heeft met betrekking tot de import van groenten en fruit uit derde landen: een groei van 13 % ten opzichte van 2016, toen er voor 1.518 miljoen euro geïmporteerd werd. Voor Nederland bedroeg deze groei 5 % ten opzichte van 2016, toen de import een waarde van 4.213 miljoen euro had. In het Verenigd Koninkrijk was er sprake van een daling van 1 %.
In het geval van het Verenigd Koninkrijk bestond het grootste deel van de import in 2017 ook uit fruit: 2.723 miljoen euro, ten opzichte van 494 miljoen euro aan groenten. De meest geïmporteerde fruitsoort was banaan met 688 miljoen euro, gevolgd door druif met 529 miljoen en ananas en avocado met 490 miljoen.
De Franse groenten- en fruitimport vanuit derde landen was meer verdeeld: 1.014 miljoen euro aan fruit en 705 miljoen aan groenten. De meest geïmporteerde fruitsoorten waren ananas en avocado met 361 miljoen euro, en bananen met 199 miljoen. Qua groenten was tomaat de meest geïmporteerde soort, met 363 miljoen euro, op grote afstand gevolgd door de sperzieboon, met 126 miljoen euro volgens door FEPEX verwerkte gegevens van Eurostat.