Na de Brexit zullen pootaardappeltelers in de EU hun marktaandeel kunnen vergroten ten opzichte van Britse telers meldt de Rabobank. Hoeveel voordeel EU-telers hiervan zullen hebben, hangt echter af van de snelheid waarmee het Verenigd Koninkrijk nieuwe handelsakkoorden zal sluiten.
Noord-West Europa is een belangrijke regio voor de productie van pootaardappelen voor markten in het Midden-Oosten en Afrika. EU-leden profiteren van vrijhandelsverdragen die preferentiële toegang geven aan Europees pootgoed in landen als Egypte en Marokko.
Aangezien het Verenigd Koninkrijk na de Brexit geen onderdeel meer van de EU uitmaakt, is het onwaarschijnlijk dat het land onder de huidige verdragen door kan werken. Als er niet tijding nieuwe handelsverdragen tot stand komen, dan valt de handel van het Verenigd Koninkrijk onder de WTO-regelgeving. Het standaard importtarief voor pootaardappelen dat de Wereldhandelsorganisatie hanteert, is 4,5%, maar dit kan oplopen tot wel 40% zoals in Marokko het geval is.
In 2016 bereikte de pootaardappelhandel een waarde van bijna €700 miljoen. Nederland, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk en Duitsland zijn de belangrijkste exporteurs en hebben tezamen een marktaandeel van 82%. Egypte is de grootste importeur van pootaardappelen en importeert 70% van zijn jaarlijkse pootgoedbehoefte uit Nederland en het Verenigd Koninkrijk. Ook Marokko importeert grote hoeveelheden pootaardappelen uit Nederland en het Verenigd Koninkrijk (zie tabel 1).
Momenteel valt de handel tussen de EU, Egypte en Marokko onder het Euro-Mediterranean Partnership. Deze wederkerige overeenkomst biedt pootaardappelen uit de EU vrije toegang tot deze markten. Op hun beurt profiteren deze landen van tariefvrije quota voor de export van verse aardappelen naar de EU.
Als onderdeel van de eenheidsmarkt kunnen Britse exporteurs hun pootgoed zonder importheffingen exporteren. Daarnaast kunnen zij evenals andere EU-landen verse aardappelen importeren zonder heffingen te betalen. Wat kan de Britse en Europese pootgoedsector verwachten nu de Britse toegang tot de eenheidsmarkt onzeker is?
Britse exporteurs zullen niet alleen te maken krijgen met ongunstige prijzen ten opzichte van EU-exporteurs als gevolg van hogere importheffingen maar ook de niet-tarifaire handelsbarrières zullen naar verwachting toenemen. Deze handelsbarrières variëren van nieuwe douanecontroles tot extra fytosanitaire inspecties van pootaardappelen, die de kosten voor Britse exporteurs nog verder op zullen drijven.
Bron: research.rabobank.com