Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

Senegalese mango-sector heeft boost nodig

Het Senegalese bedrijf Domaine Agricole de Néma (DAN) werd in 1996 opgericht en startte in 2004 met de export van mango's naar Duitsland. Het heeft een areaal van 92 hectare, midden in Senegal. DAN heeft voor de productie van watermeloenen en meloenen ook nog een ander teeltgebied van 80 hectare, opgezet in 2010 in samenwerking met een Spaanse investeringsmaatschappij.

Voor DAN loopt het mangoseizoen van mei tot en met juni. Hoewel andere Senegalese producenten hun seizoen vanaf juli hebben, kan DAN het seizoen vervroegen vanwege irrigatie. Hetzelfde geldt voor de watermeloenen. Dat seizoen loopt van oktober tot maart.
 
"Onze mangoproductie in de Fatick-regio kon vroeger dan normaal afgerond worden doordat we twee nieuwe tractoren konden inzetten. Dit versnelde het productieproces aanzienlijk," zegt DAN's CEO Aminata Dominique Diouf.



"Eerlijk gezegd is de Senegalese landbouwsector slecht georganiseerd. Telers moeten zelf hun klanten opzoeken, terwijl andere exporteurs in staat zijn om naar Fruit Logistica te gaan -met hulp van ASEPEX en CBI- om klanten te vinden. Telers produceren fruit en gaan dan op zoek naar een afzetmarkt, maar een efficiënte sector werkt juist precies andersom." Volgens Diouf is dit gebrek aan efficiency een groot en frustrerend probleem.

"Europese bedrijven uit landen als Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk, Nederland, Polen, Italië, Spanje en Rusland vestigen zich hier en kopen of huren land om fruit en groenten te produceren voor zowel de internationale als lokale markt. Zij betrekken de lokale inwoners bij de teelt en bieden met name de jeugd werkgelegenheid en ervaring in de moderne teelt."Er is echter een groot verschil tussen de Senegalese en Europese bedrijven op het gebied van prijs. Voor consumenten is het een gelegenheid om goedkoper hun producten te kopen, maar de lokale telers lijden eronder."



DAN heeft zeer intensief samengewerkt met Spaanse investeerders. Er is op dat vlak geen echte taalbarrière, aangezien de meeste contactpersonen uit Spanje ook Frans spreken. Er wonen ook expats in Senegal met meer dan 20 jaar ervaring op het gebied van de Senegalese cultuur en samenleving. Deze experts geven advies aan buitenlandse bedrijven.




Europese beleggers kunnen zich registreren bij de organisatie CIES om de Senegalese markt te begrijpen. Volgens Dominique stimuleert de lokale overheid vooral rijst- en pindatelers, maar is er minder aandacht voor de mangotelers. Een voorbeeld hiervan is het gebrek aan betrokkenheid zoals tijdens de recente bijeenkomst tussen de mangoproducerende landen. De ministers van landbouw mocht toen niet worden lastiggevallen.

Een andere grote uitdaging voor de Senegalese telers is het gebrek aan moderne landbouweducatie en koelruimtes. "De meeste Senegalese telers werken volgens aloude tradities. Ze weten weinig af van moderne technologie en telen hun producten feitelijk op dezelfde wijze als hun voorouders dat deden."

Diouf studeerde Landbouwkunde in Canada en keerde, na verder beroepsonderwijs, terug naar Senegal om het familiebedrijf over te nemen. "Ik ging terug naar Senegal om te proberen een andere kijk op de landbouw in gang te zetten. Mijn vader en ik realiseerden ons al snel dat verandering alleen mogelijk was als we samen zouden werken met buitenlandse investeerders. De meeste telers zijn niet in de gelegenheid om naar school te gaan en zijn analfabeet. We proberen ze te leren hoe irrigatie werkt, met tractoren te werken, fruit te verpakken volgens internationale normen en hoe ze conform de moderne standaarden kunnen produceren. We proberen technisch onderwijs te bieden."



Hoewel Senegal niet naast de deur is, zijn de transittijden tussen Europa en Senegal niet zo lang. De grootste uitdaging op logistiek gebied zit hem in de hoge transportkosten. Ook hier is het probleem het gebrek aan regulering door de Senegalese overheid.

Ondanks deze struikelpunten is Dominique optimistisch wat betreft de Senegalese landbouwsector. "Ik denk dat we de landbouwsector het beste kunnen helpen door onze jeugd meer educatie te bieden, zodat ze leren om op de juiste manieren te telen in Senegal. Ik denk dat wij ons het beste kunnen richten op mango´s. Los van Europa is er ook vraag naar onze mango´s in Noord-Amerika. In de nabije toekomst ga ik naar Canada om te zien wat we daarheen kunnen exporteren," aldus Dominique.

Voor meer informatie:
Aminata Dominique Diouf
Domaine Agricole de Néma (DAN)
Tel: +221 33 889 87 12
Publicatiedatum: