"Clementines met blad zijn onze specialiteit. Momenteel vermarkten we Nadorcott en Otanique mandarijnen en over twee weken komen de rassen Murcott en Orri op de markt," vertelt José Mechó, directeur van Agribur. Agribur is gevestigd in Castellon, een streek die beroemd is om de Clementineproductie. Het bedrijf verkoopt jaarlijks zo'n 20 miljoen kilo mandarijnen en sinaasappelen.
Sinaasappelen met blad daarentegen zijn nog veel minder gebruikelijk maar kunnen dit in de toekomst wel worden. "Nu is dit nog maar een kleine markt maar ik verwacht dat de populariteit de komende jaren geleidelijk zal toenemen. We kijken nu al naar de mogelijkheden."
Lage aanvoer en afzet stagneert
Momenteel levert het bedrijf kleine volumes omdat de productie laag is. Volgens Mechó is de consumptie echter ook laag en is de markt veel rustiger dan in dezelfde periode vorig jaar.
De exporteur denkt dat de goedkope aanvoer vanuit andere landen ook zijn weerslag op de afzet heeft. "Marokko levert clementines tegen lage prijzen en ook Egypte en Turkije drukken de prijzen met hun goedkope sinaasappelen. Dit heeft een negatief effect in een periode waarin de markt toch al niet levendig is.
Grote maten sinaasappelen zijn in deze tijd van het jaar het meest in trek. "Groothandelaren vragen doorgaans niet om grote kalibers maar dit jaar is er een tekort en worden er dus hogere prijzen betaald. Retailers hebben een voorkeur voor middelgrote maten," legt Mechó uit.
"Doordat ons fruit niet behandeld wordt na de oogst kunnen we niet naar verre markten exporteren"
Agribur exporteert nagenoeg zijn volledige productie, met Frankrijk als belangrijkste afzetmarkt, gevolgd door België, Duitsland en Nederland. Het citrus is bestemd voor de traditionele markt en retailers.
"We zijn niet van plan buiten Europa uit te breiden omdat ons fruit geen behandelingen na de oogst ondergaat, wat het ongeschikt maakt voor transittijden langer dan 3 tot 4 dagen. Anderzijds onderscheiden we ons hierdoor van de concurrentie, wat ons hogere prijzen oplevert," aldus Mechó.