Je krijgt deze pop-up te zien omdat dit de eerste keer is dat je onze site bezoekt. Krijg je deze melding altijd te zien dan heb je je cookies uitstaan en zullen die blijven verschijnen.
U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).
Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken. Bedankt!
Je ziet deze popup omdat dit de eerste keer is dat u de site betreed. Als u dit bericht blijft krijgen zet dan alstublieft uw cookies aan
Zoete aardappelen dragen in Afrika bij tegen armoede
Recente landbouwonderzoeken over de manier waarop de zoete aardappel bij kan dragen aan het verminderen van voedseltekorten, ondervoeding en armoede hebben ervoor gezorgd dat dit gewas steeds belangrijker wordt in Afrika.
Uganda is Afrika's grootste producent van zoete aardappelen. In Oost-Afrika is de zoete aardappelen het derde belangrijkste voedingsgewas en ook in landen onder de Sahara is de zoete aardappel een geliefd gewas. Dankzij onderzoek van het CIP en andere organisaties is het gewas ook steeds belangrijker geworden als grondstof voor kuilvoer in periodes waar er een tekort aan veevoer bestaat. Gedurende vele jaren voerden boeren hun varkens schillen van zoete aardappelen en oneetbare exemplaren. Vanwege de beperkte houdbaarheid en seizoensgebondenheid van het gewas hadden zij in de droge periode geen voer voor hun vee, waardoor velen zich genoodzaakt zagen hun veestapel in te krimpen. Om deze reden werden varkenshouders en jongeren in Masaka en Kamuli onderwezen in het maken van kuilvoer uit aardappelafval. Inmiddels zijn er twee kuilvoerbedrijven opgezet waarvan er één ook dienst doet als opleidingscentrum.
Robert Mwanga van het CIP benadrukt het belang van de zoete aardappelteelt. Dit gewas, dat rijk is aan vitamine A, draagt bij aan een betere voeding voor kinderen en zwangere vrouwen. Naar verwachting zullen varkenshouders door de teelt van zoete aardappelen kunnen besparen op de kosten voor veevoer en zullen zij hun veestapel kunnen vergroten, waardoor hun inkomen verbetert. De werkgelegenheid zal een impuls krijgen omdat meer jongeren aan de slag kunnen in de varkenshouderij of de productie van veevoer.