Zwitserse druiven in opmars

Nadat in Zwitserland de geïmporteerde druiven al sinds langere tijd in de winkel liggen, zijn hier sinds midden september ook de druiven uit eigen land rijp. Men heeft echter wat geluk nodig wanneer men ze in de winkelschappen wil vinden: in Zwitserland oogst men jaarlijks slechts een paar ton. Daarentegen importeert men er jaarlijks tot wel 40.000 ton, drie kwart daarvan uit Italië.

Maar de Zwitserse druiven zijn in opmars: steeds meer fruitproducenten ontdekken de druiven als nicheproduct. In kanton Wallis is de productie van het ras Chasselas een traditie. Sinds kort wagen ook innovatieve fruittelers uit Thurgau en Centraal-Zwitserland zich aan druiven. Met succes: twaalf producenten uit Thurgau verenigden zich als 'Thurta' en daarvoor ontvingen zij niet alleen een subsidiebijdrage van het kanton, maar de producenten konden ook reeds in het afgelopen jaar al de eerste druiven oogsten. Dit was dankzij een warme zomer een jaar eerder dan verwacht. Ook voor dit jaar zijn de telers uit Thurgau optimistisch. De druiven worden vooral lokaal verkocht. In tegenstelling tot in Wallis worden in nieuwe Hongaarse rassen geteeld met klinkende namen als Lilla, Fanny, Angela en Nero. Ze zijn resistenter dan conventionele rassen tegen de schimmelziekte meeldauw en kunnen langer worden opgeslagen. Hierdoor kunnen ze tot aan het einde van het jaar verkocht worden.