NEPG verwacht aardappeloogst van 24,9 mln ton
In Duitsland rekenen telers op een gemiddelde aardappelopbrengst, terwijl telers in Frankrijk, Nederland en Engeland een lagere opbrengst verwachten. In Belgiƫ verwachten telers, ondanks een uitbreiding van het areaal met circa 12 procent een zeer lage opbrengst. De schatting is dat de opbrengst 5,8 procent lager uitvalt dan in het vorige seizoen.
Anders dan in andere seizoenen zijn er grotere verschillen geconstateerd niet alleen in de regio's, maar vooral ook binnen de rassen die worden geteeld. Vooral het ras Fontane kent veel tarra in de vorm van aardappelen met groeischeuren en groene knollen. In het algemeen verwachten de NEPG-leden een hoger percentage tarra dan normaal. Verder is het gemiddelde onderwatergewicht hoog, hetgeen de aardappelen tijdens rooien en inschuren vatbaar maakt voor beschadiging en blauwverkleuring. In veel landen liggen de telers achter op het rooischema, zodat het grootste deel van de aardappelen nog geoogst moeten worden. Dit verhoogt de risico's op slechte oogstomstandigheden.
De NEPG benadrukt dat de productiekosten voor de teler beduidend hoger zijn dan vorig jaar als gevolg van extra kosten voor gewasbescherming en de lagere opbrengsten per hectare. De verschillen tussen bruto en netto kilo's zullen hoger zijn als gevolg van groeischeuren, groenkleuring en andere kwaliteitsaspecten. De opbrengstprijzen op de vrije markt zijn nog steeds stabiel na afgelopen seizoen en worden mogelijk wat opgedreven door de lagere productie dit jaar. Het resultaat van contracttelers wordt mogelijk gedrukt door lagere opbrengsten en kortingen vanwege de kwaliteit. Dit kan tegelijkertijd wel extra vraag betekenen op de vrije markt van verwerkende bedrijven.
Bron: NEPG