Het milde weer leidt tot een normaal seizoen voor het steenfruit in Europa. Mogelijk begint het seizoen één tot twee weken eerder. Door de regen in april verloor Griekenland haar voorsprong op ander landen. Spanje verwacht een groei van 14% in perziken en nectarines ten opzichte van vorig jaar. De groei is te danken aan nieuwe plantages.
Volumes (in tonnen) en seizoensevaluatie (Franstalig). Klik hier voor een vergroting.
De algemene ramingen voor nectarine- en perzikenoogsten in Europa zijn met meer dan 3 miljoen ton 11% hoger dan in 2013. Vergeleken met de gemiddelde groei tussen 2008 en 2012 is de groei 9%. De abrikozenoogst wordt geraamd op 520.000 ton, daarmee groeit de oogst met 13% ten opzichte van vorig jaar, maar valt 2% lager uit dan de gemiddelde groei tussen 2008 en 2012.
Volume (in tonnen) en seizoensevaluatie (Franstalig).
Italië verwacht een vergelijkbaar volume perziken en nectarines te oogsten als in 2013. Vorig jaar viel de oogst binnen het gemiddelde over vijf jaar en de oogst was van goede kwaliteit. In totaal oogstte Italië vorig jaar 1.404.480 ton, waarvan het merendeel uit Zuid-Italië afkomstig is.
Volume (in tonnen) en seizoensevaluatie (Franstalig).
Spanje en Frankrijk verwachten dat de oogst 15% hoger uitvalt dan vorig jaar toen respectievelijk 907.299 ton en 226.885 ton geoogst werd. Griekenland verwacht een groei van 44% ten opzichte van 2013, vorig jaar viel de oogst tegen door vorst- en hagelschade en kwam uit op 232.000 ton.
Abrikozen
De Griekse abrikozenoogst groeit naar verwachting tot 62.000 ton. Vorig jaar werd 42.200 ton geoogst, daarmee stijgt het volume met 47%. Hiermee komt Griekenland weer in de pas met het gemiddelde over 15 jaar. De abrikozenoogst in Italië wordt op 210.000 ton geraamd. Dat is een groei van 11% ten opzichte van vorig jaar, maar nog steeds 8% onder het gemiddelde. Spanje verwacht een oogst van 88.000 ton, een daling van 10% maar 8% boven het gemiddelde. De regio Murcia is verantwoordelijk voor 60.000 ton. De Franse oogst groeit volgens de ramingen met 22% tot 160.000 ton, 3% boven het gemiddelde over 2008 tot 2012. De belangrijkste productieregio's zijn Rhône-Alpes (95.340 ton), gevolgd door de Languedoc-Roussillon (41.540 ton) en P.A.C.A. (23.573 ton).
Paraguayo's
Paraguayo's (platte perziken) zijn populair in Spanje met een groei van 30% ten opzichte van 2013, onder andere doordat de nieuwe aanplant uit de periode 2010-2012 in productie komt. In Spanje is een daling van hardfruit zichtbaar, ten gunste van steenfruit. In de mediterrane productiegebieden (voornamelijk Murcia) groeiden de arealen van abrikozen en nectarines, terwijl de arealen van gele perziken en pruimen daalden, in reactie op de dalende vraag. De arealen van nectarines en perziken in Catalonië daalden met 9%. Griekenland probeert het areaal te laten groeien om aan de vraag naar rodere en zoetere variëteiten gedurende de zomermaanden te voldoen.
De financiële crisis heeft invloed op de Spaanse nationale markt. De consumptie van perziken en nectarine daalde vorig jaar met 7,7% naar 4,07 kilo per hoofd van de bevolking per jaar. In Frankrijk worden 1.100.000 ton appelen, peren, abrikozen en perziken geoogst in 'duurzame boomgaarden', daarmee wordt de vraag uit de markt gevolgd.
Oekraïne
Politieke onrust in Oekraïne is een zorg voor Spaanse, Italiaanse en Griekse ondernemers die afhankelijk zijn van de export naar Rusland en Oost-Europa. De huidige spanningen en de economische sancties van de EU naar Rusland hebben de wisselkoersen en koopkracht van importproducten negatief beïnvloed. Als de import van deze twee landen afneemt, ontstaat het risico dat de andere markten verzadigd raken. Andere bestemmingen voor de producten zijn Zuid-Amerika en het Midden-Oosten, maar de volumes blijven achter bij de exportvolumes voor Oost-Europa over de afgelopen 3-5 jaar.
Evaluatie seizoen 2013
Over het seizoen van 2013 veroorzaakte een lange koude winter een vertraging in de bloesemperiode. Temperaturen in de lente waren lager dan de seizoensgemiddelden en de oogsten waren historisch laat in bijna alle Europese productielanden. Het koude en natte weer tijdens de bloesem veroorzaakten kleinere maten van veel vroege rassen. Deze elementen veroorzaakten een lager aanbod dan normaal tussen het begin van het seizoen en juli.
Door de weersverbetering van begin juli tot eind augustus steeg het aanbod. In Spanje daalden de prijzen vanaf midden-juli, de prijzen in Italië en Frankrijk volgden tegen het eind van augustus. De eerste helft van het seizoen waren de volumes laag en de prijzen goed, de tweede helft was het aanbod groot en daalden de prijzen scherp. Deze prijsdaling werd veroorzaakt door een aanbodoverschot en problemen op de Europese markt. Spaans fruit had normale kwaliteit, maar kleinere maten dan gemiddeld voor vroege rassen met rottingsproblemen door de regen.